Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde feit;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 1 maand voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar en een ontzegging van de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen voor de duur 2 jaar met aftrek van de tijd dat het rijbewijs reeds (fictief) ingevorderd is geweest.
4..Waardering van het bewijs
bijdie [naam slachtoffer] zwaar lichamelijk letsel (te weten een hersenbloeding onder
.
5..Strafbaarheid feit
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straffen
8..Vordering benadeelde partij/ schadevergoedingsmaatregel
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10..Bijlagen
11..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 2 (twee) maanden;
de bevoegdheid motorrijtuigen te besturenvoor de tijd van
1 (één) jaar;
€ 15.000,- (zegge: vijftienduizend euro), bestaande uit € 15.000,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 24 september 2019 tot aan de dag van voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [naam benadeelde] te betalen
€ 15.000,-(hoofdsom,
zegge: vijftienduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 september 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 15.000,- niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
110 (honderdtien) dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;