In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 15 juli 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen Zilveren Kruis Zorgverzekeringen N.V. en een gedaagde partij, die niet verder is geïdentificeerd. Zilveren Kruis vorderde betaling van een bedrag van € 1.898,18, bestaande uit een achterstand in de betaling van de verzekeringspremie, het eigen risico en onverschuldigd gedane uitkeringen. De gedaagde had een zorgverzekeringsovereenkomst met Zilveren Kruis en was maandelijks verplicht om de verzekeringspremie te betalen. Ondanks aanmaningen en een betalingsregeling, was de gedaagde in gebreke gebleven met de betalingen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde een betalingsachterstand had van in totaal € 2.414,50, waarvan een deel al was betaald. De rechter heeft de vordering van Zilveren Kruis toegewezen, inclusief de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten en rente. De gedaagde werd veroordeeld om het resterende bedrag van € 1.898,18 te betalen, met wettelijke rente over het bedrag vanaf 14 februari 2022. Daarnaast werd de gedaagde in de proceskosten veroordeeld, die zijn vastgesteld op € 868,74.
De rechter heeft ook geoordeeld dat Zilveren Kruis niet verplicht was om een nieuwe betalingsregeling te treffen, gezien de eerdere niet-nakoming door de gedaagde van eerdere afspraken. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Zilveren Kruis het vonnis direct kan uitvoeren, ook al is er mogelijk nog hoger beroep mogelijk.