ECLI:NL:RBROT:2022:8602

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
7 oktober 2022
Publicatiedatum
17 oktober 2022
Zaaknummer
9605099 CV EXPL 21-42962
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van een tandartsfactuur en tegenvordering tot terugbetaling van kosten

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 7 oktober 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen Infomedics B.V. en [gedaagde01] over een onbetaalde tandartsfactuur. Infomedics, als gemachtigde van de zorgaanbieder, vorderde betaling van € 150,45, bestaande uit een hoofdsom van € 108,07, rente en buitengerechtelijke kosten. De gedaagde, [gedaagde01], betwistte de vordering en stelde een tegenvordering in, waarin hij onder andere € 348,48 aan administratiekosten eiste en terugbetaling van € 50,- voor een niet uitgevoerde behandeling. De procedure omvatte verschillende processtukken, waaronder een dagvaarding, antwoorden en een mondelinge behandeling.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat [gedaagde01] op 19 oktober 2020 een behandeling heeft ondergaan en dat Infomedics de vordering namens de zorgaanbieder mag incasseren. De rechter oordeelde dat [gedaagde01] € 75,41 aan Infomedics verschuldigd is, na aftrek van een bedrag dat niet toewijsbaar was. De gevorderde buitengerechtelijke kosten en rente werden eveneens toegewezen. De tegenvordering van [gedaagde01] werd afgewezen, omdat hij de bedragen rechtstreeks aan de zorgaanbieder had betaald en niet aan Infomedics. De proceskosten werden aan de zijde van Infomedics vastgesteld op € 359,58, die ook door [gedaagde01] moeten worden vergoed. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 9605099 CV EXPL 21-42962
datum uitspraak: 7 oktober 2022
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
Infomedics B.V.,
vestigingsplaats: Almere,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
gemachtigde: YARDS Deurwaardersdiensten bv te Almere,
tegen
[gedaagde01],
woonplaats: [woonplaats01] ,
gedaagde in conventie,
eiser in reconventie,
die zelf procedeert.
De partijen worden hierna ‘Infomedics’ en ‘ [gedaagde01] ’ genoemd.

1..De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 22 december 2021, met bijlagen;
  • het antwoord met eis in reconventie (tegeneis), met bijlagen;
  • het vonnis van 21 februari 2022 waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
  • het antwoord in reconventie;
  • het proces-verbaal van de mondelinge behandeling op 21 april 2022;
  • de akte overleggen bewijs van Infomedics, met bijlagen;
  • de e-mail van [gedaagde01] van 22 juni 2022, met bijlagen;
  • de rolbeslissing van 8 juli 2022;
  • de brief van [gedaagde01] van 25 juli 2022, met bijlagen.
1.2.
Op 21 april 2022 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling besproken. Daarbij was [naam] aanwezig namens de gemachtigde van Infomedics. Ook was [gedaagde01] aanwezig.

2..De feiten

2.1.
Op 19 oktober 2020 heeft [gedaagde01] een behandeling ondergaan bij een zorgaanbieder.
2.2.
De zorgaanbieder heeft de eigendom van haar vordering op [gedaagde01] bij akte van cessie overgedragen aan [naam bedrijf] Infomedics treedt op als opdrachtnemer en incasseert de vordering in opdracht van de zorgaanbieder (lastgeving).
2.3.
In het kader van de behandeling op 19 oktober 2020 heeft Infomedics € 108,07 bij [gedaagde01] in rekening gebracht. De betreffende nota met nummer 2213 2382 6180 71 is als volgt gespecificeerd:
Behandelingsdatum Omschrijving Bedrag
19-10-2020 C11 Periodieke controle € 22,16
Behandelaar: [nummer01]
19-10-2020 X10 Maken en beoordelen kleine röntgenfoto € 16,33
Behandelaar: [nummer01]
19-10-2020 X10 Maken en beoordelen kleine röntgenfoto € 16,33
Behandelaar: [nummer01]
19-10-2020 X10 el.nr. 36 Maken en beoordelen kleine
röntgenfoto € 16,33
Behandelaar: [nummer01]
19-10-2020 X10 el.nr. 23 Maken en beoordelen kleine
röntgenfoto € 16,33
Behandelaar: [nummer01]
19-10-2020 X10 el.nr. 14 Maken en beoordelen kleine
röntgenfoto € 16,33
Behandelaar: [nummer01]
19-10-2020 C88 Toeslag extra kosten SARS-CoV-2 € 4,26
Behandelaar: [nummer01]
Totaal € 108,07
2.4.
Voor een behandeling die [gedaagde01] op 17 november 2020 heeft ondergaan, heeft hij rechtstreeks aan de zorgaanbieder € 90,81 betaald.
2.5.
In een e-mailbericht van [naam centrum01] van 10 januari 2022 gericht aan [gedaagde01] is – voor zover hierbij van belang – het volgende opgenomen:
“(…) Ik heb zojuist contact gehad met onze financiële administratie en het klopt inderdaad dat u nog 50 euro van ons dient te ontvangen, waarvoor onze excuses.
U gaf aan dat er een rechtszaak tegen ons liep en zoals ik u telefonisch al aangaf, moest ik hier eerst even navraag over doen of dit klopt en waar dit precies over gaat.
Dit blijkt te gaan over een dagvaarding wat te maken heeft met een andere nota.
U zou de 50 euro compensatie krijgen voor een nota die u bij ons in de praktijk hebt afgerekend. Dit betrof de code en nota met de c28.
De nota waar een dagvaarding voor gestuurd is, is volledig terecht. Alle foto’s zijn gemaakt die in de nota werden vermeld en zal ik voor bewijs toevoegen aan deze email.
Dit is u toentertijd ook verteld. De nota die niet betaald is, staat dus los van de 50 euro.
De financiële administratie heeft mij verteld de 50 euro naar u over te maken zodra de andere nota van 108,07 euro netjes is betaald. (…)”

3..Het geschil

3.1.
Infomedics eist samengevat:
  • [gedaagde01] te veroordelen aan haar te betalen € 150,45 met rente;
  • [gedaagde01] te veroordelen in de proceskosten met rente;
  • het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
Het bedrag dat wordt geëist, bestaat uit de hoofdsom van € 108,07, rente van € 2,38 (berekend tot en met 13 december 2021) en buitengerechtelijke kosten van € 40,-.
3.2.
Infomedics baseert de eis op het volgende. [gedaagde01] heeft de factuur van Infomedics van € 108,07 niet betaald, terwijl de betalingstermijn op 13 december 2020 is verstreken. Na het intreden van het verzuim is [gedaagde01] tevergeefs aangemaand tot betaling van het nog door hem verschuldigde bedrag. [gedaagde01] is daarom ook rente en buitengerechtelijke kosten verschuldigd geworden.
3.3.
[gedaagde01] is het niet eens met de eis van Infomedics en eist zelf samengevat:
  • Infomedics te veroordelen aan hem de kosten te betalen die hij heeft moeten maken om zijn onschuld te bewijzen;
  • Infomedics te veroordelen aan hem te betalen € 348,48 aan administratiekosten;
  • Infomedics te veroordelen om creditnota’s te verstrekken met een terugbetaling aan hem van € 50,-, te vermeerderen met € 4,40 aan rente;
  • Infomedics te veroordelen tot het crediteren en terugbetalen aan hem van € 48,99;
  • het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
3.4.
[gedaagde01] baseert de tegeneis – samengevat - op het volgende.
3.4.1.
Naar aanleiding van de behandeling op 19 oktober 2020 heeft Infomedics vijf maal € 16,33 in rekening gebracht voor het maken en beoordelen van een kleine röntgenfoto, maar zij had dit bedrag maar twee keer in rekening mogen brengen. [gedaagde01] heeft namelijk ook een keer röntgenfoto’s laten maken in het Erasmus MC, en voor die behandeling is het bedrag ook maar twee keer in rekening gebracht.
3.4.2.
Verder heeft [gedaagde01] naar aanleiding van een andere behandeling bij de zorgaanbieder (op 17 november 2020) nog € 50,- tegoed van de zorgaanbieder, omdat de betreffende werkzaamheden (namelijk het opstellen van een behandelplan) niet zijn verricht en dit bedrag dus ten onrechte bij hem in rekening is gebracht. Omdat [gedaagde01] het te crediteren bedrag van € 50,- nog niet heeft ontvangen, ziet hij zich genoodzaakt een vordering in reconventie in te stellen en heeft hij daardoor administratieve en financiële schade geleden, onder meer bestaande uit de werkelijk door hem gemaakte proceskosten. Deze schade dient door Infomedics vergoed te worden. Ook is Infomedics rente verschuldigd geworden.
3.5.
Infomedics is het niet eens met de tegeneis van [gedaagde01] en voert het volgende aan. Het bedrag van € 50,- voor het opstellen van het behandelplan is niet aan Infomedics betaald, maar aan de zorgaanbieder. [gedaagde01] kan dit bedrag daarom niet terugvorderen van Infomedics. Bovendien bestaat er geen verrekeningsrecht. Een eventuele verrekening bij Infomedics is alleen mogelijk als sprake is van dezelfde rechtsverhouding. Dat is hier niet het geval, want de vordering in conventie betreft kosten voor een verrichte medische behandeling, terwijl de terugvordering een gestelde onverschuldigde betaling betreft. Verder geldt dat er geen terugbetalingsverplichting meer kan bestaan, omdat [gedaagde01] volgens eigen zeggen reeds heeft verrekend door voor beide nota’s slechts € 9,08 te betalen.
3.5.1.
Omdat geen sprake is van een rechtsgeldige vordering in reconventie dienen de gevorderde administratiekosten te worden afgewezen, aldus Infomedics. Ook zijn deze kosten door [gedaagde01] niet onderbouwd of bewezen en ook om die reden niet toewijsbaar.
3.6.
Op de stellingen van partijen zal hierna – voor zover van belang – nader worden ingegaan.

4..De beoordeling

4.1.
Gelet op de samenhang tussen de vorderingen in conventie en in reconventie worden deze vorderingen gezamenlijk behandeld.
4.2.
Het gaat in deze zaak over de vraag of [gedaagde01] nog een bedrag aan Infomedics verschuldigd is ter zake de tandartsbehandeling die hij op 19 oktober 2020 heeft ondergaan. Tijdens de mondelinge behandeling heeft [gedaagde01] betwist dat de zorgaanbieder tijdens deze behandeling vijf röntgenfoto’s heeft gemaakt. Vervolgens heeft hij desgevraagd verklaard akkoord te zijn met inbrenging door Infomedics van het deel van zijn patiëntendossier dat betrekking heeft op de foto’s die in het kader van die behandeling zijn gemaakt.
4.3.
Infomedics heeft vervolgens vijf verschillende röntgenfoto’s in het geding gebracht die gemaakt zouden zijn in het kader van de behandeling en toegelicht dat deze foto’s zijn gemaakt van verschillende kwadranten van het gebit. [gedaagde01] stelt zich op het standpunt dat slechts één van de röntgenfoto’s actueel is, omdat de behandeling enkel zou gaan om het verwijderen van het restant van een tand met nummer 23. De andere foto’s houden hiermee geen verband en één van de foto’s zou zelfs enkele jaren geleden zijn gemaakt, aldus [gedaagde01] .
4.4.
Vaststaat dat [gedaagde01] op 19 oktober 2020 een behandeling heeft ondergaan bij de zorgaanbieder en dat Infomedics de vordering namens de zorgaanbieder mag incasseren. In beginsel is [gedaagde01] voor deze behandeling een bedrag verschuldigd aan Infomedics, maar partijen verschillen van mening over de hoogte daarvan. Van de vijf röntgenfoto’s die Infomedics heeft overlegd, zijn er drie voorzien van een vermelding van de opnamedatum (19 oktober 2020). Met betrekking tot de overige twee foto’s geldt dat deze niet zijn voorzien van een opnamedatum en is – gelet op de stellingen van partijen – niet vast komen te staan dat deze zijn gemaakt in het kader van de betreffende behandeling. Van de vordering van Infomedics is daarom € 32,66 (2x € 16,33) niet toewijsbaar. Gelet op het voorgaande komt van de door Infomedics gevorderde hoofdsom € 75,41 voor toewijzing in aanmerking (zijnde het factuurbedrag van € 108,07 min € 32,66).
4.5.
De buitengerechtelijke incassokosten komen eveneens voor toewijzing in aanmerking, omdat aan alle voorwaarden is voldaan om een vergoeding voor deze kosten te krijgen. Ook de gevorderde rente komt voor toewijzing in aanmerking, omdat uit de stellingen van Infomedics volgt dat deze moet worden betaald en [gedaagde01] deze stellingen niet heeft betwist, met dien verstande dat de wettelijke rente enkel toewijsbaar is over het openstaande saldo aan hoofdsom vanaf de datum van verzuim (13 december 2020).
4.6.
Voor beantwoording van de vraag of [gedaagde01] voornoemde bedragen inderdaad moet betalen, is van belang of hij terecht een beroep op verrekening heeft gedaan.
4.7.
Artikel 6:127 lid 2 BW bepaalt dat een schuldenaar bevoegd is te verrekenen, wanneer hij een prestatie te vorderen heeft die beantwoordt aan zijn schuld jegens dezelfde wederpartij en hij bevoegd is zowel tot betaling van de schuld als tot het afdwingen van de betaling van de vordering. In casu wil [gedaagde01] verrekenen met een bedrag van € 50,- dat hij nog tegoed heeft van de zorgaanbieder. Hij heeft dit bedrag echter rechtstreeks aan de zorgaanbieder betaald en niet aan Infomedics, waardoor Infomedics niet gehouden kan worden tot terugbetaling van dit bedrag. Bovendien volgt uit artikel 6:130 lid 1 BW dat als een vordering onder bijzondere titel is overgegaan (wat bij cessie het geval is), de schuldenaar alleen een tegenvordering op de oorspronkelijke schuldeiser in verrekening mag brengen als deze tegenvordering uit dezelfde rechtsverhouding als de overgegane vordering voortvloeit of reeds vóór de overgang aan hem is opgekomen en opeisbaar is geworden. Van dezelfde rechtsverhouding is in deze situatie geen sprake. De vordering van Infomedics betreft immers de kosten van een medische behandeling, terwijl de tegenvordering van [gedaagde01] betrekking heeft op een gestelde onverschuldigde betaling. Verder is niet gesteld of gebleken dat de vordering vóór de overgang op Infomedics is opgekomen en opeisbaar is geworden. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat het beroep van [gedaagde01] op verrekening niet kan slagen en dat [gedaagde01] wordt veroordeeld tot betaling aan Infomedics van € 75,41, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de datum van verzuim en met de buitengerechtelijke incassokosten van € 40,-.
4.8.
De reconventionele vordering van [gedaagde01] tot terugbetaling van € 50,- en het verstrekken van creditnota’s wordt afgewezen. Zoals hiervoor reeds overwogen heeft hij dit bedrag immers rechtstreeks aan de zorgaanbieder betaald en niet aan Infomedics, waardoor Infomedics niet gehouden kan worden tot creditering en terugbetaling van dit bedrag. De gevorderde rente over dit bedrag wordt eveneens afgewezen.
4.9.
Tot slot wordt ook de reconventionele vordering van [gedaagde01] tot het crediteren en terugbetalen van € 48,99 afgewezen, omdat niet vast is komen te staan dat [gedaagde01] een te hoog bedrag aan Infomedics heeft betaald.
4.10.
[gedaagde01] krijgt voor het grootste deel ongelijk en moet daarom de proceskosten betalen. De kantonrechter stelt deze kosten in conventie aan de kant van Infomedics tot vandaag vast op € 102,08 aan dagvaardingskosten, € 128,- aan griffierecht en € 92,50 aan salaris voor de gemachtigde (2,5 punten x € 37,- tarief). Dit is totaal € 322,58.
4.10.1.
In reconventie worden deze kosten aan de kant van Infomedics tot vandaag vastgesteld op € 37,- aan salaris voor de gemachtigde (½ x 2 punten x € 37,- tarief). Bij de vaststelling van de hoogte van het toe te kennen bedrag aan salaris is rekening gehouden met de omstandigheid dat de tegenvordering is voortgevloeid uit het verweer in conventie.
4.10.2.
Voor kosten die Infomedics maakt na deze uitspraak moet [gedaagde01] ook een bedrag betalen van € 18,50 (1/2 punt x € 37,- met maximum € 124,-). Hier kan nog een bedrag bijkomen voor de betekening van de uitspraak. In dit vonnis hoeft hierover geen aparte beslissing te worden genomen (ECLI:NL:HR:2022:853). De wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen.
4.11.
Dit vonnis wordt, zoals gevorderd, uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

5..De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
veroordeelt [gedaagde01] om aan Infomedics te betalen € 115,41 met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over een bedrag van € 75,41 vanaf 13 december 2020 tot de dag van volledige betaling;
5.2.
veroordeelt [gedaagde01] in de proceskosten in conventie en in reconventie, aan de kant van Infomedics tot vandaag vastgesteld op € 359,58 met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over dat bedrag vanaf de vijftiende dag na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling;
5.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. drs. D.L. Spierings en in het openbaar uitgesproken.
43416