Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 29 juni 2023, met bijlagen;
- het antwoord, met bijlage;
- de akte overlegging producties van [verzoeker01] , met bijlagen.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 24 november 2023 uitspraak gedaan in een procedure tussen [verzoeker01] en Stichting Hef Wonen. [verzoeker01] vorderde de machtiging om [naam02] in zijn plaats te stellen als huurder van de woning die hij van Hef Wonen huurt. Beide huurders, [verzoeker01] en [naam02], willen hun woningen ruilen, maar hun verhuurders hebben dit geweigerd. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [verzoeker01] een zwaarwichtig belang heeft bij de woningruil, aangezien hij met zijn vrouw en twee minderjarige kinderen in een kleine woning woont met onvoldoende slaapkamers. De kantonrechter oordeelde dat de behoefte aan een extra slaapkamer en meer buitenruimte voor de kinderen een voldoende zwaarwichtig belang vormt voor de gevorderde woningruil. Daarnaast werd vastgesteld dat [naam02] financieel in staat is om de huur te betalen, waardoor zij voldoende waarborg biedt voor de nakoming van de huurovereenkomst. De belangen van Hef Wonen, die zich tegen de woningruil verzetten, werden door de kantonrechter als minder zwaarwegend beoordeeld. De kantonrechter heeft de vordering van [verzoeker01] toegewezen, Hef Wonen veroordeeld in de proceskosten en het vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard.