ECLI:NL:RBROT:2023:13066
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de duurzaamheid van arbeidsongeschiktheid in het kader van de WIA
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 11 juli 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiseres en het UWV over de voortzetting van haar WGA-uitkering. Eiseres, die sinds 2015 met psychische en rugklachten ziek is, had een WGA-uitkering ontvangen die was vastgesteld op 80 tot 100% arbeidsongeschiktheid. Het UWV had echter besloten om deze uitkering ongewijzigd voort te zetten, wat eiseres betwistte. Ze voerde aan dat haar arbeidsongeschiktheid duurzaam was en dat haar klachten verergerden. De rechtbank heeft de zaak behandeld en vastgesteld dat de verzekeringsarts van het UWV had geconcludeerd dat er geen sprake was van een duurzame situatie, omdat eiseres herstellende was van een recente operatie en er nog mogelijkheden tot verbetering waren. De rechtbank oordeelde dat het UWV terecht had geconcludeerd dat eiseres niet duurzaam arbeidsongeschikt was en dat zij geen recht had op een IVA-uitkering. De rechtbank verwierp ook het verzoek van eiseres om een onafhankelijke deskundige te benoemen, omdat de rapporten van de verzekeringsartsen voldoende zorgvuldig en gemotiveerd waren. De uitspraak bevestigt dat de beoordeling van de duurzaamheid van arbeidsongeschiktheid afhankelijk is van de inschatting van toekomstige ontwikkelingen en dat er voldoende behandelmogelijkheden moeten zijn voor een positieve prognose.