In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 23 maart 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen de Stichting Trivire en GNG Bewindvoering B.V. De eiser, Stichting Trivire, vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning van de onder bewind gestelde persoon, [naam01], vanwege een huurachterstand. De huurachterstand was op het moment van de mondelinge behandeling op 23 februari 2023 opgelopen tot € 5.037,29, inclusief rente en buitengerechtelijke kosten. GNG, de gedaagde, betwistte de huurachterstand niet, maar voerde aan dat er sprake was van betalingsonmacht.
De kantonrechter overwoog dat de huurder verplicht is om de huur op tijd te betalen en dat een huurachterstand van meer dan drie maanden doorgaans voldoende is voor ontbinding van de huurovereenkomst. In dit geval was de huurachterstand inmiddels ruim acht maanden, wat de ontbinding van de huurovereenkomst en de ontruiming van de woning rechtvaardigde. De persoonlijke omstandigheden van [naam01], waaronder het verlies van zijn rijbewijs, werden niet als voldoende argumenten gezien om de ontbinding te weerhouden.
De rechter heeft de vordering van Trivire toegewezen en GNG veroordeeld tot betaling van de huurachterstand, ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning binnen veertien dagen na betekening van het vonnis. Tevens werd GNG veroordeeld in de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 1.078,43. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.