ECLI:NL:RBROT:2023:2214

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
23 maart 2023
Publicatiedatum
16 maart 2023
Zaaknummer
10136352 CV EXPL 22-3960
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • mr. dr. S. Wahedi
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding huurovereenkomst en ontruiming woning door huurachterstand

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 23 maart 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen de Stichting Trivire en GNG Bewindvoering B.V. De eiser, Stichting Trivire, vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning van de onder bewind gestelde persoon, [naam01], vanwege een huurachterstand. De huurachterstand was op het moment van de mondelinge behandeling op 23 februari 2023 opgelopen tot € 5.037,29, inclusief rente en buitengerechtelijke kosten. GNG, de gedaagde, betwistte de huurachterstand niet, maar voerde aan dat er sprake was van betalingsonmacht.

De kantonrechter overwoog dat de huurder verplicht is om de huur op tijd te betalen en dat een huurachterstand van meer dan drie maanden doorgaans voldoende is voor ontbinding van de huurovereenkomst. In dit geval was de huurachterstand inmiddels ruim acht maanden, wat de ontbinding van de huurovereenkomst en de ontruiming van de woning rechtvaardigde. De persoonlijke omstandigheden van [naam01], waaronder het verlies van zijn rijbewijs, werden niet als voldoende argumenten gezien om de ontbinding te weerhouden.

De rechter heeft de vordering van Trivire toegewezen en GNG veroordeeld tot betaling van de huurachterstand, ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning binnen veertien dagen na betekening van het vonnis. Tevens werd GNG veroordeeld in de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 1.078,43. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Dordrecht
zaaknummer: 10136352 CV EXPL 22-3960
datum uitspraak: 23 maart 2023
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
de stichting
Stichting Trivire,
gevestigd te Dordrecht,
eiseres,
gemachtigde: Wouters Gerechtsdeurwaarders & Incasso’s,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
GNG Bewindvoering B.V.,gevestigd te Dordrecht, in de hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van [naam01] , wonende te [woonplaats01] ,
gedaagde,
gemachtigde: mr. D.A. IJpelaar.
De partijen worden hierna ‘Trivire’ en ‘GNG’ genoemd, en de onder bewind gestelde persoon ‘ [naam01] ’.

1..De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 5 oktober 2022, met bijlagen;
  • het antwoord;
  • het tijdens de mondelinge behandeling door Trivire overgelegde overzicht, genaamd ‘specificatie t.b.v. comparitie van partijen d.d. 23 februari [2023]’.
1.2.
Op 23 februari 2023 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling met partijen besproken. Namens Trivire was aanwezig [naam02] , medewerker bij Trivire, bijgestaan door [naam03] . GNG werd bijgestaan door mr. D.A. IJpelaar. [naam01] , voornoemd, was eveneens aanwezig.

2..De feiten

[naam01] huurt een woning van Trivire. De huur bedraagt op dit moment € 544,57 per maand. De huur moet elke maand vooraf worden betaald.

3..Het geschil

3.1.
Trivire vordert dat bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
de huurovereenkomst wordt ontbonden en GNG wordt veroordeeld om de woning binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis te ontruimen en te verlaten met alle zaken en personen die zich daar vanwege GNG bevinden, onder afgifte van de sleutels aan Trivire;
GNG wordt veroordeeld tot betaling van € 2.959,01, met rente;
GNG wordt veroordeeld tot betaling van de verschuldigde huurprijs van € 544,57 per maand, nog te verhogen met eventuele indexeringen, te rekenen vanaf 1 november 2022 tot aan het moment dat de huurovereenkomst wordt ontbonden;
GNG wordt veroordeeld tot betaling vanwege schadevergoeding van € 544,57 per maand of een gedeelte daarvan dat GNG in gebreke zal blijven de woning te ontruimen, nog te verhogen met eventuele indexeringen, ingaande op het tijdstip dat de huurovereenkomst wordt ontbonden;
GNG wordt veroordeeld in de proceskosten.
Het bedrag dat wordt geëist, bestaat uit € 2.541,38 aan niet betaalde huur, berekend tot en met de maand oktober 2022, rente van € 16,77 (berekend tot 4 oktober 2022) en buitengerechtelijke kosten van € 400,86.
3.2.
Trivire baseert de eis op het volgende. GNG heeft een huurachterstand laten ontstaan. Deze huurachterstand rechtvaardigt ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde.
3.3.
GNG betwist de huurachterstand niet, maar voert bij monde van haar gemachtigde aan dat er sprake is van betalingsonmacht.

4..De beoordeling

huurachterstand en rente
4.1.
Partijen zijn het erover eens dat de huurachterstand, inclusief rente en buitengerechtelijke incassokosten, op het moment van de mondelinge behandeling
€ 5.037,29 bedraagt. Dit bedrag is berekend op basis van de huur tot en met de maand februari 2023. GNG zal worden veroordeeld om de gevorderde huurachterstand van
€ 2.541,38 aan Trivire te betalen. GNG is ook gehouden de sinds november 2022 vervallen huurtermijnen aan Trivire te betalen. De wettelijke rente zal ook als onbetwist worden toegewezen, omdat vaststaat dat GNG met betaling van de huur in verzuim was.
buitengerechtelijke incassokosten
4.2.
Trivire heeft recht op een vergoeding voor buitengerechtelijke kosten als zij GNG heeft aangemaand om het verschuldigde bedrag binnen veertien dagen na de dag van ontvangst van de aanmaning alsnog te betalen. Aan deze eis is voldaan en de hoogte van de gevorderde vergoeding, namelijk € 400,86, is gelet op de daarvoor vastgestelde tarieven toewijsbaar. Dit bedrag zal daarom ook worden toegewezen.
ontbinding van de huurovereenkomst
4.3.
De huurder is verplicht om de huur op tijd te betalen. Dat heeft GNG niet gedaan. Daarom vraagt Trivire de huurovereenkomst te ontbinden. De rechter wijst dit alleen toe als de huurachterstand ernstig genoeg is om de huurovereenkomst te beëindigen. Meestal zal een achterstand van meer dan drie maanden genoeg zijn, maar de rechter moet alle omstandigheden afwegen. Van belang is bijvoorbeeld ook of de huur weer wordt betaald en of de achterstand (deels) is ingelopen (zie Hoge Raad 28 september 2018, ECLI:NL:HR:2018:1810) .
4.4.
De huurachterstand bedraagt inmiddels ruim acht maanden, hetgeen in beginsel ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning rechtvaardigt. Het is aan GNG om te onderbouwen waarom deze tekortkoming niet zou moeten leiden tot ontbinding van de huurovereenkomst.
4.5.
De door GNG (feitelijk door [naam01] ) tijdens de mondelinge behandeling aangevoerde persoonlijke omstandigheden, waaronder het (tijdelijke) verlies van zijn rijbewijs dat hij nodig zegt te hebben voor zijn werk als glazenwasser, komen voor rekening en risico van [naam01] . Uit de nadere toelichting die [naam01] gaf, bleek namelijk dat zijn rijbewijs is ingenomen omdat hij onder invloed van alcohol deel heeft genomen aan het verkeer. De omstandigheid dat [naam01] – naar hij stelt – werk in zijn directe woonomgeving zal krijgen, kan hem in deze procedure evenmin baten. Dit betreft een plan van zijn werkgever en het is thans nog onvoldoende concreet om de gevorderde ontbinding en ontruiming af te wijzen. Daarvoor is de ontstane huurachterstand, waar [naam01] zelf debet aan is, te ernstig.
4.6.
GNG heeft verder geen feiten en omstandigheden aangevoerd die ertoe leiden dat de ontbinding van de huurovereenkomst in dit geval niet gerechtvaardigd is. De vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning wordt dan ook toegewezen. De termijn voor de ontruiming zal, zoals gevorderd, worden gesteld op veertien dagen na de betekening van dit vonnis.
4.7.
GNG moet de huur blijven betalen tot het moment dat [naam01] de woning met al zijn spullen heeft verlaten. Dit deel van de vordering wordt daarom ook toegewezen.
proceskosten
4.8.
GNG krijgt voor het grootste deel ongelijk en moet daarom de proceskosten betalen. De kantonrechter stelt deze kosten aan de kant van Trivire tot vandaag vast op € 127,43 aan dagvaardingskosten, € 487,- aan griffierecht en € 464,- aan salaris voor de gemachtigde. Dit is totaal € 1.078,43. Voor kosten die Trivire maakt na deze uitspraak moet GNG een bedrag betalen van € 116,-. Hier kan nog een bedrag bijkomen als de uitspraak wordt betekend. In dit vonnis hoeft hierover niet apart te worden beslist (ECLI:NL:HR:2022:853).
uitvoerbaarheid bij voorraad
4.9.
Dit vonnis wordt, zoals gevorderd, uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

5..De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
veroordeelt GNG om aan Trivire te betalen € 2.959,01 met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over een bedrag van € 2.541,38 vanaf 4 oktober 2022 tot de dag van volledige betaling;
5.2.
ontbindt de huurovereenkomst tussen partijen en veroordeelt GNG om binnen veertien dagen na de datum van dit vonnis de woning aan de [adres01] te [plaats01] te ontruimen met alle personen en zaken die zich daar vanwege GNG bevinden en het gehuurde met alle sleutels ter beschikking van Trivire te stellen;
5.3.
veroordeelt GNG aan Trivire te betalen € 544,57 met ingang van de maand november 2022 tot en met de maand waarin de ontruiming plaatsvindt;
5.4.
veroordeelt GNG in de proceskosten, die aan de kant van Trivire tot vandaag worden vastgesteld op € 1.078,43;
5.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.6.
wijst al het andere af.
Dit vonnis is gewezen door mr. dr. S. Wahedi en in het openbaar uitgesproken.
53956