In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 10 maart 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Woonplus Schiedam en Restart Bewindvoering B.V. over een huurachterstand en de voorwaardelijke ontbinding van de huurovereenkomst. De eiseres, Woonplus, heeft de bewindvoerder, Restart Bewindvoering B.V., aangesproken op de huurachterstand van de huurder, [achternaam01]. De procedure is gestart na een tussenvonnis van 11 november 2022, waarin partijen overeenstemming bereikten over de hoogte van de huurachterstand tot en met oktober 2022. De bewindvoerder is veroordeeld tot betaling van dit bedrag, maar de beslissing over de ontbinding van de huurovereenkomst is aangehouden in afwachting van een betalingsregeling.
Tijdens de mondelinge behandeling op 12 oktober 2022 is een betalingsregeling overeengekomen, waarbij de bewindvoerder maandelijks € 110,00 dient te betalen ter voldoening van de huurachterstand. De kantonrechter heeft in deze uitspraak geoordeeld dat de huurovereenkomst alleen kan worden ontbonden als de huurachterstand ernstig genoeg is. In dit geval is er sprake van een achterstand van meer dan drie maanden, maar de rechter heeft ook gekeken naar de bereidwilligheid van [achternaam01] om de huurachterstand in te lopen.
De kantonrechter heeft de ontbinding van de huurovereenkomst en de ontruiming van de woning voorwaardelijk toegewezen, wat betekent dat [achternaam01] in de woning mag blijven zolang de betalingsregeling wordt nageleefd. Indien de bewindvoerder zich niet aan de regeling houdt, kan de huurovereenkomst worden ontbonden en moet de woning worden ontruimd. De bewindvoerder is ook veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 1.469,11. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.