Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[handelsnaam01],
1.De procedure
- de dagvaarding van 28 december 2022, met bijlagen;
- het antwoord;
- de brief van de rechtbank van 1 februari 2023 waarin een mondelinge behandeling is bepaald.
2.De zaak
€ 19.360,- betaald aan [gedaagde01] als voorschot, maar [gedaagde01] heeft de zonnepanelen nooit bij [eiser01] c.s. geïnstalleerd. [eiser01] c.s. heeft de overeenkomst daarom per brief van
8 december 2022 ontbonden. [eiser01] c.s. eist in deze procedure terugbetaling van het bedrag van € 19.360,- met rente en kosten. [gedaagde01] beroept zich op overmacht, omdat de levering van inverters en systemen voor zonnepanelen vertraging heeft opgelopen, en verklaart zich bereid het systeem alsnog aan te leggen zodra dit compleet is.
3.De beoordeling
De week erna het systeem”. Begin juli 2022 bericht [gedaagde01] [eiser01] c.s. het volgende: “
Ik ben druk bezig jullie omvormers binnen te krijgen” en “
Grote problemen met levering”. Op 13 juli 2022 laat [gedaagde01] dan weten dat moet worden uitgeweken naar een ander merk. In juli en augustus 2022 stuurt [eiser01] c.s. meerdere berichten aan [gedaagde01] met de vraag of hij al iets heeft gevonden, waar [gedaagde01] niet op reageert. Op 1 september 2022 stuurt [gedaagde01] dan een volgend bericht: “
Over twee weken kunnen ze erop. Desnoods tijdelijk met twee inverters”. [eiser01] c.s. probeert [gedaagde01] dan te bellen, maar die neemt niet op en stuurt een WhatsAppberichtdat hij de dag erna zal bellen. Op 3 september 2022 reageert [gedaagde01] wederom niet en op 8 september 2022 stuurt hij [eiser01] c.s. een bericht dat hij maandag zal langskomen, zodat ze een en ander kunnen bespreken. Blijkbaar komt [gedaagde01] die maandag niet opdagen, want [eiser01] c.s. stuurt op 16 september 2022 het volgende bericht: “
Stort al het geld maar terug en kom dan de zonnepanelen halen want je hebt weer van de week niets laten horen”. Pas half oktober 2022 neemt [gedaagde01] weer contact op. Op 19 oktober 2022 stelt [eiser01] c.s. voor dat [gedaagde01] de panelen, die inmiddels wel zijn geleverd, op 26 oktober 2022 op het dak komt leggen, maar [gedaagde01] antwoordt op 24 oktober 2022 dat dat nog niet lukt. Op 28 oktober 2022 laat [eiser01] c.s. [gedaagde01] weten dat hij niet meer kan wachten, waarop [gedaagde01] antwoordt dat hij herfstvakantie heeft en maandag zal bellen. Begin november 2022 laat [eiser01] c.s. [gedaagde01] dan weten dat hij zelf een omvormer heeft geregeld, waarop [gedaagde01] antwoordt dat hij hiervoor extra materiaal moet bijbestellen. Vervolgens vraagt [eiser01] c.s. dan vanaf 11 november 2022 herhaaldelijk aan [gedaagde01] wanneer hij de zonnepanelen komt leggen, maar [gedaagde01] reageert hier wederom niet of nauwelijks op. Dan bericht [gedaagde01] [eiser01] c.s. op 5 december 2022 “
Ik heb het zelf fout gedaan. Verkeerde order laten afsturen […]”. Dit is voor [eiser01] c.s. de druppel. Hij is op dat moment al acht maanden na betaling van het substantiële bedrag van € 19.360,- bezig om [gedaagde01] ertoe te bewegen de zonnepanelen op het dak te installeren. De zonnepanelen zelf liggen dan al een paar maanden bij [eiser01] c.s. en [eiser01] c.s. heeft inmiddels zelf voor een omvormer gezorgd, maar [gedaagde01] komt nog steeds niet met een concrete datum om de zonnepanelen te installeren. [gedaagde01] doet toezeggingen die hij niet nakomt, lijkt steeds met een nieuw probleem te komen, neemt niet zelf contact op met [eiser01] c.s. en reageert niet of traag op berichten van [eiser01] c.s. Onder deze omstandigheden kon op grond van de redelijkheid en de billijkheid een ingebrekestelling achterwege blijven [5] en is [gedaagde01] zonder ingebrekestelling in verzuim geraakt.
(2 punten x € 529,-). Dit is totaal € 1.882,18. Voor kosten die [eiser01] c.s. maakt na deze uitspraak moet [gedaagde01] een bedrag betalen van € 132,-. Hier kan nog een bedrag bijkomen als de uitspraak wordt betekend. In dit vonnis hoeft hierover niet apart te worden beslist [9] .