ECLI:NL:RBROT:2023:3818
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toelating tot de schuldsaneringsregeling ondanks ontbreken buitengerechtelijke schuldregeling
In deze zaak heeft verzoeker een verzoekschrift ingediend tot toepassing van de schuldsaneringsregeling. Tijdens de zitting op 17 april 2023 is verzoeker gehoord. De rechtbank moest beoordelen of het verzoekschrift voldeed aan de eisen, met name of het minnelijk traject correct was uitgevoerd. De schuldhulpverlener verklaarde dat de schuldbemiddelingsinstantie FinaFit het aanbod had gedaan, maar deze instelling had niet de juiste bevoegdheid volgens de Wet op het Consumentenkrediet. De rechtbank concludeerde dat het minnelijk traject niet correct was uitgevoerd en dat er geen reële mogelijkheden waren voor een buitengerechtelijke regeling. Verzoeker verkeerde in een situatie van betalingsonmacht, maar zijn en zijn echtgenotes saneringsgezinde houding en werkgelegenheid gaven de rechtbank vertrouwen dat zij de verplichtingen uit de schuldsaneringsregeling zouden nakomen. De rechtbank weigerde echter het verzoek om de duur van de regeling te verkorten, omdat de omstandigheden niet voldoende waren om van het uitgangspunt van een minimale duur van drie jaar af te wijken. De rechtbank sprak de toepassing van de schuldsaneringsregeling uit en benoemde mr. M.C. Snel-van den Hout tot rechter-commissaris.