Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 19 december 2022, met bijlagen;
- het antwoord, met bijlagen;
- de repliek, met bijlagen;
- de dupliek, met bijlagen.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak vordert Ziggo Services B.V. van gedaagde een bedrag van € 497,26 aan abonnementskosten en schadevergoeding na de vroegtijdige beëindiging van een zakelijk abonnement. Gedaagde heeft op 21 juni 2019 een zakelijk abonnement afgesloten bij Ziggo, dat op verzoek van gedaagde per 28 december 2019 is stopgezet. Ziggo vordert kosten over de periode van 1 oktober 2019 tot en met 27 december 2019, alsook schadevergoeding en buitengerechtelijke incassokosten. Gedaagde betwist de verschuldigdheid van deze kosten, omdat hij geen gebruik zou hebben gemaakt van de diensten van Ziggo en het installatiepakket onuitgepakt heeft teruggestuurd.
De kantonrechter oordeelt dat er een overeenkomst tot stand is gekomen tussen Ziggo en gedaagde, en dat gedaagde geen consumentenbescherming geniet, aangezien de overeenkomst in de uitoefening van zijn bedrijf is gesloten. De rechter wijst de vordering van Ziggo toe, omdat gedaagde de overeenkomst dient na te komen, ongeacht het gebruik van de diensten. De rechter oordeelt verder dat gedaagde verplicht is om de schade te vergoeden die Ziggo lijdt door de vroegtijdige ontbinding van de overeenkomst, en kent de gevorderde kosten toe, inclusief de buitengerechtelijke incassokosten en rente.
Gedaagde wordt veroordeeld in de proceskosten, die door de kantonrechter zijn vastgesteld op € 395,22. Het vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Ziggo het bedrag kan vorderen voordat de uitspraak in hoger beroep kan worden aangevochten.