ECLI:NL:RBROT:2023:4857

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
22 mei 2023
Publicatiedatum
12 juni 2023
Zaaknummer
C/10/656479 / KG ZA 23-330
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot afgifte van een auto in kort geding na ontbinding van de koopovereenkomst

In deze zaak heeft Louwman Dreams B.V. (hierna: Louwman) een kort geding aangespannen tegen Cubicwatt B.V. (hierna: Cubicwatt) met als doel de afgifte van een auto, een BYD ATTO 3, die aan Cubicwatt was verkocht. De procedure begon met een dagvaarding op 25 april 2023, gevolgd door een mondelinge behandeling op 11 mei 2023. Louwman stelde dat Cubicwatt niet had betaald voor de auto, ondanks dat de betalingsconditie directe betaling was. Na meerdere sommaties heeft Louwman de koopovereenkomst op 21 maart 2023 ontbonden en verzocht om de auto terug te geven.

De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat Louwman recht heeft op teruggave van de auto, omdat Cubicwatt tekortgeschoten is in de nakoming van de koopovereenkomst. De rechter heeft vastgesteld dat de ontbinding van de overeenkomst rechtsgeldig was en dat Cubicwatt de auto had moeten teruggeven. De vordering tot afgifte van de auto is toegewezen, maar de vordering tot revindicatie is afgewezen omdat de auto inmiddels in bewaring was genomen door de politie.

Daarnaast is Cubicwatt veroordeeld tot betaling van de beslagkosten en de proceskosten, die in totaal zijn vastgesteld op respectievelijk € 1.938,82 en € 1.479,73. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Louwman de auto kan terugkrijgen zonder dat er eerst een definitieve uitspraak in hoger beroep hoeft te zijn.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer / rolnummer: C/10/656479 / KG ZA 23-330
Vonnis in kort geding van 22 mei 2023
in de zaak van
LOUWMAN DREAMS B.V.,
vestigingsplaats: Den Haag,
eiseres,
advocaat mr. D.A. Molier,
tegen
CUBICWATT B.V.,
vestigingsplaats: Capelle aan den IJssel,
gedaagde,
vertegenwoordigd door: [naam01] .
Partijen worden hierna Louwman en Cubicwatt genoemd.

1..De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de dagvaarding van 25 april 2023, met producties en de productie (bewijs inbewaringneming) die tijdens de mondelinge behandeling door Louwman is overgelegd.
1.2.
Op 11 mei 2023 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling besproken. Namens Louwman is verschenen [naam02] (legal counsel), bijgestaan door de advocaat van Louwman. Namens Cubicwatt is [naam01] verschenen.

2..De feiten

2.1.
Op 10 februari 2023 heeft Louwman aan Cubicwatt een auto verkocht (een BYD ATTO 3 met kenteken [kenteken01] ). Op 23 februari 2023 is voor deze aankoop door Louwman een factuur aan Cubicwatt gestuurd waarop staat ‘betalingsconditie: directe betaling’.
2.2.
Louwman heeft de auto op 28 februari 2023 aan Cubicwatt geleverd.
2.3.
Omdat Cubicwatt, ook na sommatie, niet voor de auto heeft betaald, is de koopovereenkomst per aangetekende brief van 21 maart 2023 ontbonden waarbij Louwman heeft verzocht om directe teruggave van de auto.
2.4.
Op 30 maart 2023 heeft Louwman de voorzieningenrechter van de rechtbank Rotterdam om verlof verzocht voor het leggen van conservatoir beslag op de auto. Dat is verleend. Vervolgens is de auto op 8 mei 2023 om 13:15 uur door de politie van de weg gehaald en in beslag genomen.

3..Het geschil

3.1.
Louwman vordert om bij vonnis in kort geding, uitvoerbaar bij voorraad:
I. Cubicwatt te veroordelen om uiterlijk binnen 24 uur na betekening van dit vonnis de auto met toebehoren af te geven aan Louwman, op straffe van een dwangsom van € 500,00 per (gedeelte van een) dag dat Cubicwatt geheel of gedeeltelijk in gebreke blijft hieraan te voldoen, althans een door de voorzieningenrechter te bepalen dwangsombedrag;
II. Louwman te machtigen om de auto met toebehoren zelf te revindiceren als Cubicwatt in gebreke blijft (volledig) aan de veroordeling onder I. te voldoen, welke revindicatie bewerkstelligd moet worden door een deurwaarder - zo nodig met behulp van de sterke arm van politie en justitie - en dat alles voor rekening en risico van Cubicwatt;
III. Cubicwatt te veroordelen in de proceskosten, daaronder begrepen de beslagkosten en de nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de achtste dag na de datum van dit vonnis.
3.2.
Ter toelichting op haar vordering heeft Louwman - zakelijk weergegeven en voor zover van belang - het volgende aangevoerd.
3.3.
Louwman heeft op 28 februari 2023 op basis van valse gegevens de auto aan Cubicwatt geleverd. Cubicwatt heeft als betalingsbewijs een vals bankafschrift getoond, waardoor het leek alsof er voor de auto was betaald. Omdat Cubicwatt na meerdere sommaties niet overgegaan is tot betaling, is de koopovereenkomst op 21 maart 2023 buitengerechtelijk ontbonden door Louwman. Daarom heeft Louwman recht op teruggave van de auto.
3.4.
Cubicwatt voert verweer.
3.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4..De beoordeling

4.1.
Het voor toewijzing van een vordering in kort geding vereiste spoedeisend belang, volgt uit de stellingen van Louwman.
4.2.
De voorzieningenrechter begrijpt Louwman zo dat zij de koopovereenkomst met Cubicwatt buitengerechtelijk heeft ontbonden. Cubicwatt is volgens Louwman door het niet betalen van de koopsom tekortgeschoten in de nakoming van de koopovereenkomst. Louwman stelt door deze tekortkoming en ontbinding recht te hebben op teruggave van de door haar aan Cubicwatt geleverde auto.
4.3.
Om te kunnen oordelen dat Louwman recht heeft op teruggave van de auto, moet voldoende aannemelijk worden dat Louwman een geslaagd beroep kan doen op de door haar gedane buitengerechtelijke ontbinding van de koopovereenkomst. Naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter is dit het geval. Iedere tekortkoming van een partij in de nakoming van één van haar verbintenissen geeft de wederpartij immers de bevoegdheid om de overeenkomst geheel of gedeeltelijk te ontbinden (artikel 6:265 lid 1 BW) en Cubicwatt heeft tijdens de mondelinge behandeling erkend dat zij de koopsom voor de auto niet heeft betaald. Louwman kon de koopovereenkomst vervolgens schriftelijk ontbinden (artikel 6:267 lid 1 BW).
4.4.
Door de ontbinding van de koopovereenkomst ontstaat - voor zover de in dat verband overeengekomen verbintenissen al zijn nagekomen - voor partijen de verplichting om de door hen ontvangen prestatie ongedaan te maken. Dat betekent in dit geval dat Cubicwatt de door haar ontvangen auto aan Louwman had moeten teruggeven, zoals ook onder I. is gevorderd. De vordering onder I. wordt door de voorzieningenrechter dan ook toegewezen, in die zin dat wordt bepaald dat Cubicwatt de auto, die inmiddels bij de gerechtelijk bewaarder staat, dient af te geven aan Louwman. Met deze titel is het voor Louwman mogelijk om de auto bij de bewaarder op te halen. Omdat de auto inmiddels bij een bewaarder staat, kan de oplegging van een dwangsom gelet op artikel 861 lid 2 Rv achterwege blijven. Op grond van dat artikel geeft de bewaarder de zaak die in bewaring is gegeven namelijk af aan degene aan wie zij krachtens een in kracht van gewijsde gegane of uitvoerbaar bij voorraad verklaarde beslissing toekomt. Om die reden is de prikkel van een dwangsom niet langer van toegevoegde waarde.
4.5.
Gelet op het feit dat de auto inmiddels door de politie in bewaring is genomen en bij een bewaarder staat, heeft Louwman geen belang meer bij toewijzing van haar vordering om de auto zelf te revindiceren, zoals onder II. is gevorderd, zodat deze vordering wordt afgewezen.
4.6.
De vordering tot betaling van de beslagkosten is op grond van artikel 706 Rv toewijsbaar. De beslagkosten worden begroot op € 896,00 aan verschotten, € 697,00 voor salaris advocaat en € 345,82 aan kosten voor het in gerechtelijke bewaring nemen van de auto. De beslagkosten bedragen in totaal € 1.938,82.
4.7.
Cubicwatt wordt als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten veroordeeld. De voorzieningenrechter stelt deze kosten aan de kant van Louwman tot vandaag vast op € 676,00 aan griffierecht, € 106,73 aan explootkosten en € 697,00 aan salaris voor de advocaat. Dit is in totaal € 1.479,73. Uit overweging 2.3 van het arrest van de Hoge Raad van 10 juni 2022, gepubliceerd onder ECLI:NL:HR:2022:853, leidt de voorzieningenrechter af dat in dit vonnis geen aparte beslissingen hoeven te worden genomen over de nakosten en de wettelijke rente daarover. De wettelijke rente over de proceskosten wordt wel toegewezen zoals onder de beslissing staat vermeld.
4.8.
Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard (artikel 233 Rv).

5..De beslissing

De voorzieningenrechter:
5.1.
veroordeelt Cubicwatt tot afgifte aan Louwman van de aan Louwman toebehorende auto (inclusief toebehoren), zoals vermeld in het proces-verbaal conservatoir beslag roerende zaak - in bewaringgeving van 8 mei 2023, die zich nu bij de gerechtelijke bewaarder bevindt;
5.2.
veroordeelt Cubicwatt tot betaling van de beslagkosten, aan de kant van Louwman tot vandaag vastgesteld op € 1.938,82;
5.3.
veroordeelt Cubicwatt in de proceskosten, aan de kant van Louwman tot vandaag vastgesteld op € 1.479,73, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de veertiende dag na de datum van dit vonnis tot de dag van volledige betaling;
5.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.5.
wijst het meer of anders gevorderde af
Dit vonnis is gewezen door mr. J. Mendlik en in het openbaar uitgesproken op 22 mei 2023.
3498/3577