ECLI:NL:RBROT:2023:6089
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de afwijzing van WIA-aanvraag en ziekmelding door het UWV
In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 12 juli 2023, behandeld door rechter M. Zoethout, worden twee beroepen van eiseres tegen besluiten van het UWV beoordeeld. Het eerste beroep betreft de afwijzing van de WIA-aanvraag van eiseres, die op 21 april 2021 door het UWV werd afgewezen. Eiseres, die als medewerker algemene schoonmaak werkte, meldde zich ziek op 19 mei 2017 en diende op 15 februari 2021 een WIA-aanvraag in. Het UWV concludeerde dat eiseres minder dan 35% arbeidsongeschikt was, wat betekende dat zij geen recht had op een WIA-uitkering. Eiseres maakte bezwaar, maar het UWV handhaafde zijn besluit. De rechtbank oordeelde dat het UWV de medische situatie van eiseres zorgvuldig had beoordeeld en dat de afwijzing terecht was.
Het tweede beroep betreft de ziekmelding van eiseres op 15 maart 2022, waarbij het UWV oordeelde dat zij geen recht had op een ZW-uitkering. De rechtbank oordeelde dat het UWV ook in dit geval de geschiktheid van eiseres voor de geselecteerde functies correct had vastgesteld, maar vond dat er een motiveringsgebrek was in de beslissing van het UWV. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit II, maar bepaalde dat de rechtsgevolgen daarvan in stand blijven, omdat eiseres ook met aanvullende beperkingen geschikt werd geacht voor haar eigen arbeid. De rechtbank wees het verzoek om vergoeding van wettelijke rente af, maar kende eiseres wel het griffierecht toe en veroordeelde het UWV in de proceskosten.