Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
- [eiser01] , vergezeld van zijn zoon en bijgestaan door zijn gemachtigde; en
- namens Woonbron mevrouw [naam01] (woonconsulent), bijgestaan door de gemachtigde van Woonbron en mr. E. Piepers-Westermeijer.
Rechtbank Rotterdam
Op 14 juli 2023 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek tot woningruil. De eiser, [eiser01], huurt een woning in Krimpen aan den IJssel en wenst te ruilen met [naam02], die een woning huurt van Woonbron in Rotterdam. Woonbron heeft echter geweigerd toestemming te verlenen voor deze woningruil. De eiser heeft de kantonrechter verzocht om Woonbron te gebieden in te stemmen met de woningruil.
De kantonrechter heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat op grond van artikel 7:270 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek de huurder die een ruil van woonruimte wil bewerkstelligen, de rechter kan verzoeken om een ander in zijn plaats als huurder te stellen. Echter, de kantonrechter heeft geconcludeerd dat [naam02], als huurder van Woonbron, de enige is die deze vordering kan instellen. Aangezien [eiser01] niet de huurder is van Woonbron, kan hij geen vordering tegen Woonbron instellen en wordt zijn verzoek afgewezen.
De kantonrechter heeft [eiser01] in de proceskosten veroordeeld, die aan de kant van Woonbron tot dat moment zijn vastgesteld op € 160,00 voor het salaris van de gemachtigde. Daarnaast kan [eiser01] nog extra kosten verschuldigd zijn voor de betekening van de uitspraak. De uitspraak is opgemaakt en ondertekend door de kantonrechter op dezelfde dag.