Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[eiser01] ,
- de heer [eiser01] , bijgestaan door de gemachtigde van [eiser01] c.s.; en
- mevrouw [gedaagde01] , bijgestaan door haar gemachtigde.
Rechtbank Rotterdam
Op 18 juli 2023 heeft de kantonrechter in Rotterdam uitspraak gedaan in een kort geding over de huur van een woning. De eisers, [eiser01] c.s., hebben ontruiming van de woning geëist van de gedaagde, [gedaagde01], op basis van het argument dat de huurovereenkomst voor bepaalde tijd was afgelopen en dat er sprake was van overlast en huurachterstand. De kantonrechter heeft echter geoordeeld dat de gedaagde niet zonder recht of titel in de woning verblijft, aangezien zij een huurovereenkomst voor onbepaalde tijd had en de nieuwe overeenkomst voor bepaalde tijd niet op de juiste wijze was beëindigd. Bovendien was de gestelde overlast onvoldoende onderbouwd en was er discussie over de huurachterstand, waardoor niet kon worden vastgesteld dat deze zou leiden tot ontbinding van de huurovereenkomst.
De kantonrechter heeft de eis van [eiser01] c.s. afgewezen en hen veroordeeld in de proceskosten van [gedaagde01]. De kosten zijn vastgesteld op € 529,00 voor het salaris van de gemachtigde van [gedaagde01]. De proceskostenveroordeling is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Dit vonnis is op 19 juli 2023 opgemaakt en ondertekend door de kantonrechter.