In deze zaak heeft Urban Interest Vastgoed B.V. een vordering ingesteld tegen de bewindvoerder van [persoon A] wegens huurachterstand en ontbinding van de huurovereenkomst. [persoon A] huurt sinds 1 mei 2018 een woning in Dordrecht van Urban Interest, maar heeft sinds januari 2021 een huurachterstand opgebouwd. De maandelijkse huur bedraagt € 898,74, en [persoon A] staat sinds 11 december 2021 onder bewind van [gedaagde]. Urban Interest vordert ontbinding van de huurovereenkomst en betaling van de huurachterstand, die op het moment van dagvaarding bijna veertien maanden bedroeg.
Tijdens de mondelinge behandeling op 5 juli 2023 heeft Urban Interest haar vorderingen tegen een andere gedaagde ingetrokken. De kantonrechter heeft de buitengerechtelijke incassokosten en rente beoordeeld en vastgesteld dat de bedingen in de huurovereenkomst oneerlijk zijn, waardoor deze vernietigd worden. De kantonrechter oordeelt dat de huurachterstand van [persoon A] ernstig genoeg is om de huurovereenkomst te ontbinden. De rechter wijst de vordering tot ontbinding en ontruiming toe, met een ontruimingstermijn van één maand, en bepaalt dat [gedaagde] de proceskosten moet vergoeden.
Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Urban Interest het vonnis kan afdwingen, ook als er hoger beroep wordt ingesteld. De kantonrechter heeft de vordering van Urban Interest tot betaling van € 12.543,25 aan huurachterstand toegewezen, evenals de verplichting voor [gedaagde] om de woning te ontruimen en de lopende huur te betalen tot aan de ontruiming.