Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 25 september 2023 in de zaak tussen
[naam eiser], te [plaatsnaam], eiser,
de heffingsambtenaar van de gemeente Rotterdam, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
nog wel wat kan verzinnen”, namelijk dat onvoldoende rekening zou zijn gehouden met het afnemend grensnut bij het referentieobject [adres 5]. De gemachtigde van eiser heeft dit argument verder niet onderbouwd. Verweerder heeft zich op het standpunt gesteld dat hij onvoldoende gelegenheid heeft gehad op het nieuwe argument van eiser te reageren, terwijl eiser al vanaf april van dit jaar beschikte over het verweerschrift, waarin het betreffende referentieobject is opgenomen. Naar het oordeel van de rechtbank is deze gang van zaken in strijd met de goede procesorde. De rechtbank laat het betoog van eiser over het afnemend grensnut bij het referentieobject [adres 5] daarom buiten beschouwing.
II, 1992/93, 22885, nr. 3, p. 44). Verweerder moet aannemelijk maken dat hij de waarde van de woning niet te hoog heeft vastgesteld (zie het arrest van de Hoge Raad van 14 oktober 2005, ECLI:NL:HR:2005:AU4300).