ECLI:NL:RBROT:2024:11833
Rechtbank Rotterdam
- Eerste en enige aanleg
- M.J.R. Jansen
- B.A. Cnossen
- K.M. van Hassel
- J.H. Steverink
- Rechtspraak.nl
Vaststelling van verhoogd budget voor herstructureringsdeskundige in WHOA-zaak
In deze zaak heeft de rechtbank Rotterdam op 4 juni 2024 een beschikking gegeven in het kader van een WHOA-zaak (Wet homologatie onderhands akkoord). De besloten vennootschap, aangeduid als [schuldenaar], heeft op 24 januari 2024 een startverklaring ingediend bij de rechtbank. In de openingsbeslissing van 16 februari 2024 is mr. M.J.R. Jansen aangewezen als herstructureringsdeskundige en is het budget voor zijn werkzaamheden vastgesteld op € 39.652,76 exclusief btw. Dit bedrag diende door [schuldenaar] als zekerheid te worden gesteld voor de aanvang van de werkzaamheden.
Op 28 mei 2024 heeft de herstructureringsdeskundige de rechtbank geïnformeerd over de voortgang van het WHOA-traject en verzocht om een verhoging van zijn budget met € 25.000,- naar een totaal van € 64.652,76 exclusief btw. De rechtbank heeft op basis van artikel 371 lid 10 van de Faillissementswet (Fw) de noodzaak van de voorgestelde werkzaamheden beoordeeld en vastgesteld dat de kosten redelijk zijn. De rechtbank heeft besloten het budget te verhogen en bepaald dat de kosten ten laste komen van [schuldenaar].
De beschikking is openbaar uitgesproken en ondertekend door de rechters B.A. Cnossen, K.M. van Hassel en J.H. Steverink, met mr. J.B. Biezen als griffier. De beslissing benadrukt de noodzaak van de herstructureringsdeskundige in het kader van de beoogde herstructurering van [schuldenaar].