In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 15 januari 2024, wordt de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige [minderjarige01] besproken. De zaak betreft de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond, die verzoekt om een machtiging tot uithuisplaatsing van [minderjarige01] in een netwerkpleeggezin voor de duur van twee maanden. De kinderrechter heeft de mondelinge behandeling met gesloten deuren gehouden, waarbij de vader, de moeder en een vertegenwoordiger van de GI aanwezig waren. Tijdens de zitting is de situatie van [minderjarige01] besproken, die thuis problemen ervaart en zich buitengesloten voelt. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de verlenging van de machtiging noodzakelijk is voor de verzorging en opvoeding van [minderjarige01]. De kinderrechter heeft besloten om de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen tot 3 april 2024, onder bepaalde voorwaarden die zijn besproken en ondertekend door alle betrokkenen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ook al kan er hoger beroep worden ingesteld. De kinderrechter heeft benadrukt dat het aan de GI is om te beoordelen of verdere plaatsing in een pleeggezin nodig is, afhankelijk van de naleving van de voorwaarden door [minderjarige01].