Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 28 maart 2024 in de zaken tussen
[naam eiser] , uit [plaatsnaam] , eiser,
Inleiding
.
Totstandkoming van de besluiten
Beoordeling door de rechtbank
Naar het oordeel van de rechtbank is niet gebleken dat de staatssecretaris deze beslistermijn (tijdig) heeft verlengd zoals bedoeld in artikel 12 van de AVG of (tijdig) heeft opgeschort zoals bedoeld in artikel 4:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De staatssecretaris heeft in de notitie van 23 februari 2022 algemene informatie gegeven naar aanleiding van het inzageverzoek van eiser van 12 februari 2022. In die notitie vraagt de staatssecretaris nog of eiser daadwerkelijk een afschrift van al zijn geregistreerde persoonsgegevens wenst te ontvangen. De beslistermijn wordt niet verlengd of opgeschort. Uit deze notitie blijkt ook niet dat het inzageverzoek niet compleet zou zijn, bijvoorbeeld omdat nog identificatie zou moeten plaatsvinden. Ook wordt hierin geen termijn gesteld waarbinnen eiser zijn verzoek nader dient te concretiseren of dient aan te vullen. [1] De staatssecretaris heeft pas in zijn e-mail van 30 maart 2022, dus na het verstrijken van de beslistermijn, aan eiser medegedeeld dat hij zich nog moet identificeren en dat de beslistermijn wordt verlengd met twee maanden.