Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.De procedure
- de vrouw, bijgestaan mr. K.J. Nierman namens mr. Smeets;
- de man.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 5 augustus 2025 een mondelinge uitspraak gedaan in een procedure over voorlopige voorzieningen in het kader van een echtscheiding. De vrouw, bijgestaan door haar advocaat mr. W.M. Smeets, verzocht de rechtbank om het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning aan haar toe te wijzen, met het verzoek aan de man om de woning te verlaten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vrouw met drie meerderjarige kinderen in de woning woont en dat er spanningen zijn die het noodzakelijk maken dat de man de woning verlaat. De rechtbank oordeelde dat het belang van de vrouw bij het gebruik van de woning groter is dan dat van de man, die inmiddels alternatieve woonruimte heeft gevonden. De rechtbank heeft het verzoek van de vrouw toegewezen en bepaald dat zij met ingang van 5 augustus 2025 gerechtigd is tot het gebruik van de woning. De man is bevolen de woning te verlaten en het is hem verboden deze verder te betreden. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De mondelinge uitspraak is op 5 augustus 2025 gedaan door mr. H.C.A. de Groot en op 19 augustus 2025 schriftelijk uitgewerkt.