mw. mr. H.C.A. de Groot

De rechtbank heeft een verzoek tot voorlopige zorgregeling afgewezen, maar partijen zijn tot overeenstemming gekomen over een tijdelijke regeling voor de minderjarige.

De rechtbank heeft de vrouw met uitsluiting van de man gerechtigd verklaard tot het gebruik van de echtelijke woning en de man bevolen de woning te verlaten.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en de man een gebruiksvergoeding van 2,77% per jaar van de overwaarde van de woning opgelegd. De verdeling van de huwelijkse voorwaarden is vastgesteld, waarbij partijen als in gemeenschap van goederen zijn gehuwd.

De rechtbank heeft in een echtscheidingsprocedure beslist dat de vrouw het gebruik van de echtelijke woning krijgt tot 13 mei 2026 en dat de man een partnerbijdrage van € 250,- per maand moet betalen.

De rechtbank heeft op 7 november 2025 het verzoek tot gezamenlijk gezag over een minderjarige toegewezen aan de vader en de oma, waarbij is vastgesteld dat aan de wettelijke vereisten is voldaan.

De rechtbank heeft het verzoek van de man om gezamenlijk gezag afgewezen en de kinderbijdrage vastgesteld op € 209,- per maand, met een eenmalige betaling van € 1.000,-.

De rechtbank heeft het verzoek van de vrouw tot gezamenlijk gezag en wijziging van de zorgregeling toegewezen, en de onderhoudsbijdrage van de man vastgesteld op € 104,- per maand.

De rechtbank wijzigt de zorgregeling tussen ouders, waarbij het belang van de minderjarige centraal staat. De doordeweekse omgangsdag vervalt en de man heeft de minderjarige om de week van vrijdag tot zondag.

De rechtbank bepaalt de hoofdverblijfplaats van de minderjarigen bij de vrouw en wijst het verzoek om raadsonderzoek af wegens niet-ontvankelijkheid.

De rechtbank Rotterdam heeft een omgangsregeling vastgesteld voor de minderjarigen van de man en vrouw, en hen verwezen naar een hulpverleningstraject om onderlinge problemen op te lossen.

In kort geding is een voorlopige omgangsregeling vastgesteld voor de minderjarige, met overeenstemming tussen partijen over mediation voor definitieve afspraken.

In kort geding is een zorgregeling voor een minderjarige vastgesteld, waarbij ouders zijn verwezen naar hulpverlening. De communicatie tussen ouders is slecht, wat leidt tot conflicten.

De rechtbank heeft de zorgregeling voor de minderjarige vastgesteld, waarbij de man eenmaal per veertien dagen een weekend zorg heeft, ondanks zijn verzoek om co-ouderschap.

De rechtbank heeft de onderhoudsbijdrage voor een minderjarige vastgesteld op € 25,- per maand, met ingang van 11 juni 2024, en elke partij draagt zijn eigen proceskosten.

De rechtbank heeft op 25 augustus 2025 het ouderlijk gezag gewijzigd, zodat de man en de vrouw gezamenlijk gezag uitoefenen over hun minderjarige. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad.

Vordering tot terugverhuizing vrouw met minderjarige toegewezen, met dwangsom van € 100 per dag.

De rechtbank heeft de verzoeken om toevertrouwing van de minderjarige afgewezen en de man verplicht tot het betalen van € 250,- per maand voor de minderjarige en € 361,- per maand voor de vrouw.

De rechtbank heeft de vrouw met ingang van 5 augustus 2025 het uitsluitend gebruik van de echtelijke woning toegewezen en de man bevolen de woning te verlaten.

De rechtbank heeft de oom en tante benoemd tot voogden over de minderjarige na het overlijden van de moeder, waarbij een gezagsvacuüm is ontstaan.

De rechtbank wijzigt het ouderlijk gezag, zodat de vrouw alleen gezag heeft over de minderjarige, omdat de man onbereikbaar is. Het verzoek om vervangende toestemming voor vakantie wordt afgewezen.

De rechtbank erkent een Surinaamse gezagsbeslissing, herstelt het gezag van de man over [minderjarige 1] en wijst het verzoek om voorlopige voorzieningen van de vrouw af.

De rechtbank stelt vast dat de man de biologische vader is van het kind, ondanks zijn niet-meewerken aan het DNA-onderzoek. Hij wordt veroordeeld tot betaling van de kosten van het deskundigenonderzoek.

De Rechtbank Rotterdam heeft op 11 maart 2025 een beschikking gegeven tot doorhaling van een geboorteakte met onjuiste gegevens, op verzoek van de officier van justitie.

Rechtbank Rotterdam wijst verzoek om vervangende toestemming voor verhuizing naar België af en bepaalt hoofdverblijfplaats van minderjarige bij de man.

Kort geding tussen samenwoners over gebruiksrecht woning en zorgregeling voor minderjarige kinderen. Man krijgt uitsluitend gebruik van de woning toegewezen.

De rechtbank heeft een voorlopige omgangsregeling vastgesteld voor de man met zijn minderjarige kinderen en benadrukt het belang van goede communicatie tussen de ouders.

De rechtbank heeft een omgangsregeling vastgesteld tussen een minderjarige en zijn vader, met een dwangsom voor niet-nakoming.

De rechtbank verlengt de voorlopige zorgregeling en ondertoezichtstelling van minderjarigen tot 23 februari 2026, met voorwaarden voor de ouders en betrokkenheid van de GI.

Rechtbank Rotterdam oordeelt in kort geding dat vrouw moet meewerken aan omgangsregeling met dwangsom van € 250,- per dag bij niet-nakoming.

De rechtbank heeft een voorlopige omgangsregeling vastgesteld voor de vader en zijn minderjarige kind, waarbij de minderjarige elke zaterdag bij de vader verblijft, in aanwezigheid van de moeder van de vader.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken en de hoofdverblijfplaats van de minderjarigen bij de vrouw vastgesteld. De man moet alimentatie betalen en de verdeling van de huwelijksgemeenschap is gelast.

De rechtbank ontbindt het geregistreerd partnerschap en bepaalt het voortgezet gebruik van de woning, inclusief eigenaarslasten en gebruiksvergoeding.

De rechtbank wijzigt de eerdere beschikking en kent de vrouw een partnerbijdrage van € 2.587,- per maand toe, met ingang van 1 maart 2024.

De Rechtbank Rotterdam heeft op 17 december 2024 de echtscheiding uitgesproken tussen partijen, het huurrecht aan de vrouw toegekend en de verdeling van de huwelijksgemeenschap geregeld. De vrouw moet de man € 2.160,79 betalen.

De rechtbank Rotterdam bepaalt de partneralimentatie op € 2.441,- per maand na verkoop van de woning, met ingangsdatum 1 september 2023.

De rechtbank heeft nevenverzoeken bij echtscheiding behandeld, waarbij de hoofdverblijfplaats en zorgregeling voor minderjarigen zijn vastgesteld. De man moet € 161,- per maand per kind betalen als kinderbijdrage en € 344,- per maand als partnerbijdrage.

De rechtbank heeft het gezamenlijk ouderlijk gezag beëindigd en toegewezen aan de vrouw, gezien het belang van de minderjarige en de problematiek van de man.

De rechtbank verleent vervangende toestemming voor erkenning van twee minderjarigen door de man en neemt de omgangsregeling tussen de man en de minderjarigen op. De rechtbank verklaart zich onbevoegd inzake het gezag, omdat de vrouw en de minderjarigen in Egypte verblijven.

Rechtbank Rotterdam beëindigt gezamenlijk gezag en wijzigt zorgregeling, geen omgang meer tussen minderjarige en man, in het belang van de minderjarige met autistische problematiek.

De rechtbank heeft verzoeken van de man inzake ouderlijk gezag en hoofdverblijfplaats van minderjarigen afgewezen, gezien verbeterde communicatie tussen ouders.

De rechtbank heeft het ouderlijk gezag over de minderjarige gewijzigd, zodat beide ouders dit gezamenlijk uitoefenen, en een zorgregeling vastgesteld.

De rechtbank verlengt de ondertoezichtstelling van een minderjarige tot 17 mei 2025, gezien de bedreigde ontwikkeling en de noodzaak van hulpverlening.

De Rechtbank Rotterdam heeft op 11 november 2024 een zorgregeling vastgesteld voor de minderjarige [voornaam minderjarige], waarbij hij de even weken bij de vader en de oneven weken bij de moeder verblijft. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

De rechtbank wijst verzoeken van beide ouders af over wijziging van het ouderlijk gezag en bevestigt de noodzaak van hulpverlening voor contactherstel tussen de man en de minderjarige.

De rechtbank wijzigt de zorgregeling en stelt de kinderalimentatie vast op € 59,- per maand, met indexering per 1 januari 2024. De beslissing over de zorgregeling wordt aangehouden.

De kinderrechter verlengt de ondertoezichtstelling van twee minderjarigen tot 16 november 2025, ondanks verbeterde communicatie tussen de ouders, vanwege aanhoudende zorgen over de ontwikkeling van de kinderen.

In een familiezakenprocedure verzoekt de vrouw om alleen gezag over de minderjarigen. De rechtbank houdt de beslissing aan tot 1 februari 2025 en verwijst partijen naar mediation.

De rechtbank beslist dat de vrouw met uitsluiting van de man gerechtigd is tot de echtelijke woning en de minderjarigen aan haar worden toevertrouwd. De man moet € 25,- per maand per kind betalen voor kinderalimentatie.

De rechtbank verleent vervangende toestemming voor erkenning van een minderjarige aan [naam 1] en houdt de behandeling van het ouderlijk gezag en de omgangsregeling aan in afwachting van een hulpverleningstraject.

De rechtbank ontbindt het geregistreerd partnerschap, bepaalt de hoofdverblijfplaats van het kind bij de man, wijst huurrecht toe aan de vrouw en compenseert proceskosten.