Op 3 september 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak van een verzoeker die zich in een problematische schuldensituatie bevindt. De verzoeker heeft een verzoek ingediend om toegelaten te worden tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP). De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoeker niet eerder een buitengerechtelijke schuldregeling heeft beproefd, maar dat dit niet aan de ontvankelijkheid van het verzoek in de weg staat, gezien de omstandigheden met de Belastingdienst als grootste schuldeiser. De rechtbank heeft de verzoeker ontvankelijk verklaard en toegelaten tot de WSNP, omdat hij aan de voorwaarden voldoet en te goeder trouw is geweest bij het ontstaan van zijn schulden. De rechtbank heeft de verplichtingen uiteengezet waaraan de verzoeker moet voldoen tijdens de WSNP, waaronder de informatieverplichting en de inspanningsverplichting. Tevens is er een bewindvoerder benoemd die toezicht houdt op de naleving van deze verplichtingen. De rechtbank heeft geen eerdere ingangsdatum van de WSNP vastgesteld, omdat de verzoeker niet heeft verzocht om een eerdere datum en niet voldoende bewijs heeft geleverd van zijn sollicitatie-inspanningen. De beslissing is openbaar uitgesproken en de ingangsdatum van de schuldsaneringsregeling is vastgesteld op 3 september 2025, met een einddatum op 3 maart 2026.