Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 primair en 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 42 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar;
- opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte.
4.Waardering van het bewijs
of omstreeks4 december 2024 te Rotterdam,
althans in Nederland,
, in elk geval een hoeveelheidvan een materiaal bevattende MDMA en
/of
, in elk geval een hoeveelheidvan een materiaal bevattende amfetamine,
/ofamfetamine
)een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst 1, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
of omstreeks4 december 2024 te Oosterhout,
, in elk geval een hoeveelheidvan een materiaal bevattende MDMA, zijnde MDMA
5.Strafbaarheid feiten
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder A van de Opiumwet gegeven verbod
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 30 (dertig) maanden;