ECLI:NL:RBROT:2025:11814

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
3 oktober 2025
Publicatiedatum
10 oktober 2025
Zaaknummer
ROT 24/9819
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing aanvraag zorg op grond van de Wet langdurige zorg (Wlz) door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ)

Deze uitspraak betreft de afwijzing van de aanvraag van eiser om in aanmerking te komen voor zorg op grond van de Wet langdurige zorg (Wlz). Eiser, die lijdt aan een schizo affectieve stoornis van het bipolaire type, is het niet eens met de afwijzing van zijn aanvraag door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). De rechtbank heeft de zaak behandeld op 25 augustus 2025, waarbij eiser werd bijgestaan door zijn moeder en zijn gemachtigden. De rechtbank oordeelt dat het CIZ terecht heeft geoordeeld dat eiser niet in aanmerking komt voor zorg op grond van de Wlz, omdat er geen blijvende noodzaak voor permanent toezicht of 24 uur per dag zorg in de nabijheid kan worden vastgesteld. De rechtbank heeft de afwijzing van de aanvraag beoordeeld aan de hand van de beroepsgronden van eiser en het advies van de medisch adviseur van het CIZ. De rechtbank concludeert dat het CIZ op zorgvuldige wijze heeft gemotiveerd dat er op dit moment geen blijvende noodzaak kan worden vastgesteld voor de gevraagde zorg. Eiser krijgt geen gelijk en het beroep is ongegrond. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst de kostenvergoedingen af.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Bestuursrecht
zaaknummer: ROT 24/9819

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 3 oktober 2025 in de zaak tussen

[eiser], uit Rotterdam, eiser

(gemachtigde: mr. S. Maachi),
en

Centrum Indicatiestelling Zorg, het CIZ

(gemachtigde: mr. L.M.R. Kater).

Samenvatting

1.
1.1.
Deze uitspraak gaat over de afwijzing van de aanvraag van eiser om in aanmerking te komen voor zorg op grond van de Wet langdurige zorg (Wlz). Eiser is het niet eens met de afwijzing van de aanvraag. Hij voert daartoe een aantal beroepsgronden aan. Aan de hand van deze beroepsgronden beoordeelt de rechtbank de afwijzing van de aanvraag.
1.2.
De rechtbank komt in deze uitspraak tot het oordeel dat het CIZ terecht heeft geoordeeld dat eiser niet in aanmerking komt voor zorg op grond van de Wlz
.Eiser krijgt dus geen gelijk en het beroep is dus ongegrond. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.

Procesverloop

2.
2.1.
Het CIZ heeft de aanvraag van eiser voor zorg op grond van de Wlz met het besluit van 6 maart 2024 afgewezen. Met het bestreden besluit van 29 september 2024 op het bezwaar van eiser is het CIZ bij de afwijzing van de aanvraag gebleven.
2.2.
Eiser heeft beroep ingesteld tegen het bestreden besluit. Het CIZ heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
2.3.
De rechtbank heeft het beroep op 25 augustus 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eiser, vergezeld door zijn moeder [naam 1], de gemachtigde van eiser en de gemachtigde van het CIZ die werd vergezeld door [naam 2].

Totstandkoming van het bestreden besluit

3. Eiser is bekend met een schizo affectieve stoornis van het bipolaire type. Vanwege zijn beperkingen heeft eiser op 13 februari 2024 een aanvraag ingediend voor zorg in het kader van de Wlz. Op 4 maart 2024 heeft er een huisbezoek plaatsgevonden, waarna het CIZ met het primaire besluit de aanvraag heeft afgewezen.
4. Met het bestreden besluit is verweerder bij de afwijzing van eisers aanvraag gebleven. Verweerder heeft het bestreden besluit gebaseerd op het advies van zijn medisch adviseur van 21 augustus 2024. Aan het bestreden besluit heeft het CIZ ten grondslag gelegd dat niet kan worden vastgesteld of in de situatie van eiser sprake is van permanent toezicht of een blijvende noodzaak tot 24 uur per dag zorg in de nabijheid.

Beoordeling door de rechtbank

5. De toepasselijke regels uit de Wlz zijn opgenomen in de bijlage die deel uitmaakt van deze uitspraak.
6. Niet in geschil is dat voor eiser de grondslag psychische stoornis is vastgesteld en dat hij een grote zorgbehoefte heeft. De vastgestelde grondslag kan toegang geven tot Wlz-zorg als aan de voorwaarden van artikel 3.2.1. van de Wlz is voldaan. Beoordeeld dient te worden of sprake is van een blijvende behoefte aan en noodzaak tot permanent toezicht of 24 uur per dag zorg in de nabijheid om ernstig nadeel te voorkomen.
7. Eiser voert, kort samengevat, het volgende aan. Eiser heeft een schizo affectieve stoornis van het bipolaire type, waardoor hij regieproblemen heeft en ook niet zelfstandig hulp in kan schakelen. Het moment van zijn klachten is niet te regisseren of te plannen, zodat volgens hem een noodzaak bestaat voor permanent toezicht en 24 uur per dag zorg in de nabijheid. Verder stelt eiser dat hij blijvend afhankelijk is van deze zorg, omdat hij alle mogelijke behandelingen reeds heeft doorlopen en er geen kans op verbetering is. Volgens eiser heeft het CIZ het bestreden besluit ook onzorgvuldig en onvoldoende gemotiveerd, omdat het op de weg van de medisch adviseur lag om meer informatie op te vragen bij de behandelend sector en het CIZ eiser had moeten begeleiden in de op hem rustende bewijslast. De medisch adviseur heeft onvoldoende onderbouwd waarom eisers beperkingen kunnen afnemen en door behandeling geen of minder sprake zou zijn van een blijvende behoefte aan permanent toezicht of 24 uur per dag zorg. Daarbij heeft de medisch adviseur eiser niet in persoon gezien of beoordeeld.
8. Het CIZ heeft het medisch advies van 21 augustus 2024 aan het bestreden besluit ten grondslag gelegd. In dit advies komt de medisch adviseur tot de conclusie dat eisers klachten en beperkingen dusdanig ernstig zijn dat er een noodzaak zou moeten zijn voor uitgebreide zorg, begeleiding en ondersteuning. Op basis van de huidige informatie kan echter geen absoluut medisch objectief oordeel worden gevormd over de actuele situatie. Er is geen analyse van een tweede- of derdelijns behandelaar van de GGZ aanwezig, waardoor niet met zekerheid kan worden aangegeven of er een noodzaak is voor 24 uur per dag zorg in de nabijheid zoals bedoeld in de Wlz. Voor het objectiveren van de aard en mate van de huidige klachten van eiser, dient volgens de medisch adviseur een actuele (her-)evaluatie plaats te vinden door een ter zake kundige. Daarnaast dient vanuit de GGZ beoordeeld te worden of professionele begeleiding ingezet kan worden, zoals ambulante zorg in de thuissituatie.
9. Volgens vaste rechtspraak van de Centrale Raad van Beroep (de Raad; bijvoorbeeld de uitspraak van 16 september 2015, ECLI:NL:CRVB:2015:3266) is een advies van een medisch adviseur van het CIZ een deskundigenadvies en mag het CIZ, indien het advies op onpartijdige, objectieve en inzichtelijke wijze is opgesteld, bij de besluitvorming in beginsel van dit advies uitgaan, tenzij er concrete aanknopingspunten bestaan voor twijfel aan de juistheid of volledigheid van het advies.
10. De rechtbank oordeelt dat het CIZ op zorgvuldige en toereikende wijze heeft gemotiveerd dat er op dit moment geen blijvende noodzaak kan worden vastgesteld voor
24 uur per dag zorg in de nabijheid dan wel permanent toezicht om ernstig nadeel te voorkomen. Het CIZ heeft zich daarbij mogen baseren op het advies van de medisch adviseur, omdat dit advies op zorgvuldige wijze tot stand is gekomen. Hierbij is van belang dat uit het advies blijkt welke onderzoeksactiviteiten hebben plaatsgevonden en op basis van welke gegevens de medisch adviseur tot de bevindingen is gekomen. In het advies is blijk gegeven van een voldoende zorgvuldig onderzoek, waarbij steeds alle ingebrachte medische informatie is betrokken en ook aanvullende informatie is opgevraagd bij de huisarts van eiser. Daar komt bij dat de medisch adviseur in het algemeen niet gehouden is een betrokkene in persoon te onderzoeken (zie bijvoorbeeld de uitspraak van de Raad van 6 februari 2019, ECLI:NL:CRVB:2019:407) en de rechtbank ziet geen reden om in dit geval anders te oordelen.
11. Eiser heeft geen medische stukken ingediend die twijfel oproepen over de zorgvuldige totstandkoming van het medisch advies en de conclusie van de medisch adviseur. De omstandigheid dat eiser op dit moment veel zorg nodig heeft vanwege de bij hem gediagnosticeerde psychische stoornis en het bijbehorende klachtenbeeld is invoelbaar, toch maakt dit op zichzelf niet dat er een blijvende noodzaak bestaat voor 24 uur per dag zorg in de nabijheid dan wel permanent toezicht om ernstig nadeel te voorkomen. Daar komt bij dat niet is gebleken dat eiser uitbehandeld is. Ter zitting is juist toegelicht dat eiser sinds een aantal maanden in behandeling is bij Antes.

Conclusie en gevolgen

12. Het beroep is ongegrond. Eiser krijgt daarom het griffierecht niet terug. Hij krijgt ook geen vergoeding van zijn proceskosten.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M. Zoethout, rechter, in aanwezigheid van
mr.T.T. Nguyen, griffier. Uitgesproken in het openbaar op 3 oktober 2025.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden.
Digitaal hoger beroep instellen kan via “Formulieren en inloggen” op www.rechtspraak.nl. Hoger beroep instellen kan eventueel ook nog steeds door verzending van een brief aan de Centrale Raad van Beroep, Postbus 16002, 3500 DA Utrecht.
Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Centrale Raad van Beroep vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.

Bijlage: voor deze uitspraak belangrijke wet- en regelgeving

Wet langdurige zorg
Op grond van artikel 3.2.1, eerste lid, heeft een verzekerde recht op zorg die op zijn behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden is afgestemd voor zover hij naar aard, inhoud en omvang en uit een oogpunt van doelmatige zorgverlening redelijkerwijs op die zorg is aangewezen omdat hij, vanwege een somatische of psychogeriatrische aandoening of beperking of een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke handicap, een blijvende behoefte heeft aan:
a. permanent toezicht ter voorkoming van escalatie of ernstig nadeel voor de verzekerde, of
b. 24 uur per dag zorg in de nabijheid, omdat hij zelf niet in staat is om op relevante momenten hulp in te roepen en hij, om ernstig nadeel voor hem zelf te voorkomen,
1°. door fysieke problemen voortdurend begeleiding, verpleging of overname van zelfzorg nodig heeft, of
2°. door zware regieproblemen voortdurend begeleiding of overname van taken nodig heeft.
In artikel 3.2.1, tweede lid, is bepaald dat in het eerste lid wordt verstaan onder:
a. blijvend: van niet voorbijgaande aard;
b. permanent toezicht: onafgebroken toezicht en actieve observatie gedurende het gehele etmaal, waardoor tijdig kan worden ingegrepen;
c. ernstig nadeel voor de verzekerde: een situatie waarin de verzekerde:
1°. zich maatschappelijk te gronde richt of dreigt te richten;
2°. zichzelf in ernstige mate verwaarloost of dreigt te verwaarlozen;
3°. ernstig lichamelijk letsel oploopt of dreigt op te lopen dan wel zichzelf ernstig lichamelijk letsel toebrengt of dreigt toe te brengen;
4°. ernstig in zijn ontwikkeling wordt geschaad of dreigt te worden geschaad of dat zijn veiligheid ernstig wordt bedreigd, al dan niet doordat hij onder de invloed van een ander raakt;
d. zelfzorg: de uitvoering van algemene dagelijkse levensverrichtingen waaronder de persoonlijke verzorging en hygiëne en, zo nodig, de verpleegkundige zorg;
e. regieproblemen: beperkingen in het vermogen om een adequaat oordeel te vormen over dagelijks voorkomende situaties op het gebied van sociale redzaamheid, probleemgedrag, psychisch functioneren of geheugen en oriëntatie.