ECLI:NL:RBROT:2025:12207
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing herzieningsverzoek en inhouding bijstandsuitkering in verband met derdenbeslag
In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 21 oktober 2025, zijn twee zaken behandeld die betrekking hebben op de afwijzing van een herzieningsverzoek en de inhouding van een bijstandsuitkering ten behoeve van derdenbeslag. Eiser, die zijn recht op bijstand had herzien, verzocht om herziening van het besluit van 25 november 2022, waarbij een bedrag van € 1.458,35 aan te veel betaalde bijstand was teruggevorderd. Het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam heeft dit verzoek afgewezen, stellende dat er geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden waren die een herziening rechtvaardigden. De rechtbank oordeelde dat de intrekking van een eerder opgelegde boete geen nieuw feit was en dat de afwijzing van het herzieningsverzoek niet evident onredelijk was.
In de tweede zaak ging het om de inhouding van € 65,42 per maand van eisers bijstandsuitkering ten behoeve van GGN Mastering Credit, die beslag had gelegd op de uitkering. De rechtbank oordeelde dat het college correct had gehandeld door de inhouding uit te voeren, aangezien het college verplicht was om mee te werken aan het beslag en de beslagvrije voet had gerespecteerd. Beide beroepen van eiser werden ongegrond verklaard, wat betekent dat de bestreden besluiten in stand blijven en eiser geen recht heeft op terugbetaling van griffierecht of proceskostenvergoeding.