6.2.Op grond van artikel 5.1.1 van de planregels, voor zover hier van belang, zijn de voor “Bedrijf” aangewezen gronden bestemd voor:
bedrijfsactiviteiten in milieucategorie 1 en 2 van de Staat van bedrijfsactiviteiten opgenomen in Bijlage 1 van deze regels.
bedrijfswoningen;
Op grond van artikel 5.1.20 van de planregels zijn de in lid 5.1.1 bedoelde gronden ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van bedrijf – transportbedrijf’ tevens bestemd voor een transportbedrijf.
Op grond van artikel 5.2.1 onder f van de planregels is per bestemmingsvlak maximaal één bedrijfswoning toegestaan.
Op grond van artikel 1.18 van de planregels wordt onder een bedrijfswoning verstaan: een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die slechts is bestemd voor bewoning door (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar, gelet op de bedrijfsvoering, in overeenstemming met de bestemming, noodzakelijk is.
Op grond van artikel 8.1.1 van de planregels zijn de voor ‘Groen’ aangewezen gronden bestemd voor bermbeplantingen, groenvoorzieningen, wandel- en fietspaden of waterhuishouding. Ten aanzien van deze bedoelde gronden mogen op grond van artikel 8.2.2 van de planregels uitsluitend gebouwen ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat voor andere bouwwerken het volgende geldt:
a. uitsluitend erf- en terreinafscheidingen en straatmeubilair zijn toegestaan;
b. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen niet meer mag bedragen dan 1,50 m;
c. de bouwhoogte van straatmeubilair niet meer mag bedragen dan 9 m.
Op grond van artikel 33.1 van de planregels is het verboden gronden en bouwwerken te gebruiken op een wijze of tot een doel strijdig met de aan de grond gegeven bestemming.
Is er sprake van een overtreding?
5. Verzoeker stelt zich op het standpunt dat er geen sprake is van een overtreding. Verzoeker exploiteert een koeriers- en transportbedrijf op het perceel. Het is voor verzoeker noodzakelijk om een woning op het perceel te hebben, nu de bedrijfsvoering veel tijd en aandacht vergt en er waardevol transportmaterieel op het perceel aanwezig is. Vanwege de fysieke gesteldheid van verzoeker is het voor hem ook noodzakelijk om in de nabijheid van zijn bedrijf te wonen. Verzoeker voert verder aan dat met de bouwvergunning uit 2003 toestemming is verleend voor de bouw van de woning en dat dus niet specifiek vergunning is verleend voor een bedrijfswoning. Gelet daarop heeft het college een impliciete vrijstelling verleend voor het gebruik als reguliere woning.