Op 30 september 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een jeugdzorgzaak betreffende de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, geboren in 2008. De zaak betreft de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond, die betrokken is bij de zorg voor de minderjarige. De rechtbank heeft vastgesteld dat de moeder van de minderjarige het ouderlijk gezag uitoefent, maar dat er zorgen zijn over de schoolgang van de minderjarige, die al jaren niet naar school gaat. De rechtbank heeft eerder een ondertoezichtstelling en een machtiging tot uithuisplaatsing verleend, en heeft nu besloten om deze machtiging te verlengen tot 6 augustus 2026. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat het noodzakelijk is dat de GI gedeeltelijk het gezag uitoefent, specifiek met betrekking tot de aanmelding van de minderjarige bij een onderwijsinstelling. Dit is gedaan om ervoor te zorgen dat de minderjarige weer naar school kan gaan, aangezien de moeder niet meewerkt aan de inschrijving bij een school. De rechtbank heeft de beslissingen uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat ze onmiddellijk van kracht zijn, ook als er hoger beroep wordt ingesteld. De beschikking is openbaar uitgesproken door de kinderrechters en is op schrift gesteld op 3 oktober 2025.