3.1.De minister heeft bij het bestreden besluit de afwijzing van het verzoek van eiseres om kwijtschelding van haar (resterende) studieschuld gehandhaafd. Op grond van het beleid van de minister kan in een aantal gevallen de studieschuld worden kwijtgescholden. De minister heeft de situatie van eiseres voorgelegd aan de medisch adviseur, die een medisch advies heeft opgesteld. Eiseres heeft aangegeven dat dit advies niet met de minister mag worden gedeeld. Zonder dit advies kan hij niet vaststellen of eiseres valt onder één van de vier in zijn beleid genoemde gevallen, waarin kwijtschelding van de studieschuld mogelijk is. Ook is niet vast te stellen of de situatie van eiseres vergelijkbaar is met één van deze groepen.
Het standpunt van eiseres
4. Eiseres stelt dat de medische gevallen in het beleid die aanleiding zijn voor kwijtschelding niet voldoen. Psychisch trauma en depressie zouden volgens haar ook onder die gevallen moeten vallen. Eiseres is het niet eens met het advies van de medisch adviseur. Zij heeft haar huisarts om hulp gevraagd maar hij kan slechts een klinisch oordeel geven zonder daarmee in de diepgang te treden. Eiseres stelt dat zij lijdt aan psychische klachten met een uitzichtloos bestaan, hetgeen ook door hulpverleners wordt erkend. Volgens eiseres wordt ze niet gezien als problematisch omdat ze werkt en zichzelf weet te redden. Eiseres stelt verder dat het oneerlijk is dat studieschulden niet worden meegenomen in het schuldsaneringstraject van de Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp). Tenslotte stelt eiseres dat ze niet wist wat de impact van leningen was. Ook de gevolgen van een registratie bij het Bureau Kredietregistratie (BKR) en in de toekomst met het aanvragen van een hypotheek zijn allemaal zaken die buiten beschouwing zijn gebleven bij het aanvragen van deze lening. Volgens eiseres was ze bij het aanvragen van de leningen dan ook handelingsonbekwaam.
Het oordeel van de rechtbank
5. De voor de beoordeling van het beroep belangrijke wet- en regelgeving is te vinden in de bijlage bij deze uitspraak.
6. Het is vaste rechtspraak van de Centrale Raad van Beroep (de Raad) dat het door de minister gevoerde kwijtscheldingsbeleid niet onredelijk is en stringent toegepast mag worden (zie bijvoorbeeld de uitspraak van 4 maart 2020, ECLI:NL:CRVB:2020:546). De achterliggende gedachte bij dit beleid is dat van debiteuren die in een dergelijke medisch uitzichtloze situatie verkeren op humanitaire gronden niet kan worden verlangd dat zij hun studieschuld nog (verder) terugbetalen. Naast de gevallen omschreven in het beleid bestaat ruimte om in een bijzonder geval eveneens hardheid aan te nemen. In dit verband wordt getoetst of er sprake is van “een vergelijkbare medisch uitzichtloze situatie dat op grond daarvan een uitzondering op dat beleid moet worden gemaakt” (zie bijvoorbeeld de uitspraak van de Raad van 20 april 2016, ECLI:NL:CRVB:2016:14210). Voor zover eiseres stelt dat de in het beleid van de minister voor de uitvoering van de hardheidsclausule opgenomen categorieën te beperkt zijn, slaagt dit betoog dan ook niet. 7. Eiseres heeft in bezwaar het medisch advies niet met de minister willen delen. In beroep heeft zij dit advies, dat zij deels onleesbaar heeft gemaakt, wel overgelegd. Hieruit blijkt dat de medisch adviseur van oordeel is dat eiseres niet voldoet aan de criteria van het kwijtscheldingsbeleid en er evenmin sprake is van een daarmee gelijk te stellen situatie. De medisch adviseur heeft dus beoordeeld of de situatie van eiseres vergelijkbaar is met een medisch uitzichtloze situatie dat op grond daarvan een uitzondering op dat beleid moet worden gemaakt.
8. Eiseres is het niet eens met het advies. Hoewel zij in beroep het advies deels heeft overgelegd, heeft zij echter geweigerd om haar medisch dossier met de minister en de rechtbank te delen. Hierdoor is de inhoud van de brief van de huisarts die ten grondslag ligt aan het medisch advies niet bekend en is het niet mogelijk te beoordelen of het advies op zorgvuldige wijze tot stand is gekomen en inhoudelijk concludent is. Dit moet voor rekening en risico van eiseres komen.
9. Eiseres heeft er verder op gewezen dat zij veel te makkelijk geld heeft kunnen lenen en dat zij op dat moment niet op de hoogte was van de gevolgen van deze leningen. Hieruit kan niet worden afgeleid dat eiseres bij het aangaan van de leningen, zoals zij stelt, handelingsonbekwaam was. Ook kan hierin geen bijzondere omstandigheid worden gevonden om van het beleid af te wijken. Het is een feit van algemene bekendheid dat leningen en dus ook leningen voor de studie met rente moeten worden terugbetaald. Ook het feit dat studieschulden niet worden kwijtgescholden in een schuldsaneringstraject, zoals de Wsnp, is geen reden om van het beleid af te wijken
10. Gelet op wat hiervoor is overwogen heeft de minister het verzoek om kwijtschelding terecht afgewezen.