ECLI:NL:RBROT:2025:6083
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering omgevingsvergunning voor splitsing woning in appartementsrechten
In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 19 mei 2025, betreft het beroep van eiser tegen de weigering van een omgevingsvergunning voor het splitsen van een woning aan [adres 1] in twee appartementsrechten. Eiser is van mening dat de weigering onterecht is, omdat hij stelt dat er voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein zal worden gecreëerd. De rechtbank heeft de beroepsgronden van eiser beoordeeld, waaronder de stelling dat het college het gelijkheidsbeginsel heeft geschonden door de vergunning te weigeren, terwijl eerder een vergunning voor een vergelijkbaar project was verleend zonder dat aan de parkeereisen werd voldaan.
De rechtbank oordeelt dat het college de aanvraag terecht heeft geweigerd. Het college heeft de aanvraag getoetst aan de geldende parkeerregels en heeft vastgesteld dat het bouwplan niet voorziet in de benodigde vier parkeerplaatsen. De rechtbank concludeert dat de parkeerplaatsen niet functioneel zijn en dat er een onveilige situatie kan ontstaan. Bovendien is het college in redelijkheid tot de conclusie gekomen dat er geen aanleiding was om af te wijken van het bestemmingsplan “Sterrenburg”. De rechtbank wijst de beroepsgrond van eiser af en verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat eiser geen gelijk krijgt en geen vergoeding van proceskosten ontvangt.