Op 24 april 2025 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven over de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2018. De zaak betreft de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West, die verzoekt om de ondertoezichtstelling van de minderjarige te verlengen voor zes maanden. De ouders van de minderjarige zijn belast met het ouderlijk gezag, maar er zijn zorgen over de ontwikkeling van het kind en de omgang met de vader. De moeder heeft zich verzet tegen de verlenging, terwijl de vader instemt, maar ook aangeeft dat er stappen moeten worden gemaakt in de omgang. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er nog steeds ernstige zorgen zijn over de ontwikkeling van de minderjarige, vooral door de communicatieproblemen tussen de ouders en de weigering van de moeder om mee te werken aan noodzakelijke hulpverlening. De kinderrechter heeft besloten de ondertoezichtstelling te verlengen tot 30 oktober 2025 en verklaart de beschikking uitvoerbaar bij voorraad. De ouders moeten leren communiceren in het belang van de minderjarige en de GI moet de regie terugpakken.