Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 17 december 2024, met bijlagen;
- het antwoord, met bijlagen;
- de akte houdende vermeerdering van eis, met bijlagen;
- de brief van Poortugaal van 12 juni 2025, met een bijlage.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak vordert Woningbouwvereniging Poortugaal ontbinding van de huurovereenkomst met gedaagde, die al langere tijd de huur niet op tijd betaalt en zich niet aan gemaakte afspraken houdt. Gedaagde veroorzaakt overlast, verwaarloost de woning en runt zonder toestemming een bedrijf vanuit huis. De kantonrechter heeft op 18 juli 2025 uitspraak gedaan en de vorderingen van Poortugaal toegewezen, met uitzondering van de gevorderde rente, die werd afgewezen wegens een oneerlijke bepaling in de huurvoorwaarden. Gedaagde wordt veroordeeld tot betaling van € 3.413,04 aan huurachterstand en moet de woning binnen veertien dagen ontruimen. De kantonrechter oordeelt dat er geen realistisch toekomstperspectief is voor gedaagde om zijn betalingsverplichtingen na te komen, ondanks zijn persoonlijke omstandigheden. De proceskosten komen voor rekening van gedaagde, die grotendeels ongelijk heeft gekregen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.