ECLI:NL:RBROT:2025:9549
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep tegen aanslag leges omgevingsvergunning
In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 7 augustus 2025, met zaaknummer ROT 23/6947, is het beroep van eiser tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van 18 september 2023 beoordeeld. Eiser had bezwaar gemaakt tegen een aanslag van € 2.308,86 voor leges voor een omgevingsvergunning, die was opgelegd aan zijn gemachtigde. De rechtbank oordeelde dat eiser niet als belanghebbende kon worden aangemerkt op basis van artikel 26a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, omdat de aanslag aan zijn gemachtigde was opgelegd en niet aan hemzelf. Hierdoor was het beroep niet-ontvankelijk.
De rechtbank benadrukte dat, zelfs als eiser als belanghebbende zou worden beschouwd, hij eerst bezwaar had moeten maken voordat hij beroep kon instellen, wat hij niet had gedaan. De rechtbank concludeerde dat het beroep niet-ontvankelijk was en dat eiser geen recht had op terugbetaling van griffierechten of proceskosten. Wel werd een schadevergoeding van € 500,- toegewezen aan eiser vanwege overschrijding van de redelijke termijn in de procedure, die door de Staat moest worden betaald. De rechtbank stelde ook de proceskosten voor het verzoek om schadevergoeding vast op € 226,75, en de reiskosten van eiser op € 26,22. De uitspraak werd openbaar gemaakt op 7 augustus 2025.