Op 9 juli 2025 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de toelating van een schuldenaar tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP). De schuldenaar, die zich in een problematische schuldensituatie bevindt, heeft een verzoek ingediend om toegelaten te worden tot de WSNP. De rechtbank heeft vastgesteld dat de schuldenaar voldoet aan de eisen voor toelating, waaronder de inspanningsplicht en het voldoen aan de verplichtingen van het voorafgaande schuldhulpverleningstraject. De rechtbank heeft het verzoek om een eerdere ingangsdatum van de WSNP toegewezen, waarbij de ingangsdatum is vastgesteld op 19 december 2024. Dit is de datum waarop de schuldenaar een zogenoemd nulaanbod heeft gedaan aan de schuldeisers, omdat hij op dat moment geen afloscapaciteit had. De rechtbank heeft geoordeeld dat de omstandigheden rondom het beslag op de inkomsten van de schuldenaar niet aan hem zijn toe te rekenen, waardoor de periode van beslaglegging meetelt bij de bepaling van de eerdere ingangsdatum. De rechtbank heeft ook een bewindvoerder benoemd en de verplichtingen van de schuldenaar tijdens de WSNP uiteengezet. De beslissing is openbaar uitgesproken en de schuldenaar heeft het recht om binnen acht dagen hoger beroep in te stellen.