ECLI:NL:RBSGR:2006:AY0311
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- T. van Rij
- Rechtspraak.nl
Aanslag in de gebruikersbelasting voor een onroerende zaak in aanbouw
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 10 februari 2006 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Bedrijfspensioenfonds en de heffingsambtenaar van de gemeente. De zaak betreft een aanslag in de gebruikersbelasting voor het jaar 2004, opgelegd aan eiseres voor een onroerende zaak die op 1 januari 2004 nog in aanbouw was. Eiseres, een professioneel vastgoedbelegger, betwistte de aanslag en stelde dat de onroerende zaak op de peildatum niet in gebruik was, omdat deze te koop/te huur werd aangeboden en nog niet als kantoorruimte functioneerde.
De rechtbank oordeelde dat eiseres de onroerende zaak op 1 januari 2004 feitelijk gebruikte, aangezien zij bezig was met de bouw van het kantoorgebouw. De rechtbank verwierp het standpunt van eiseres dat de onroerende zaak deel uitmaakte van de leegstaande kantoorruimte, en stelde vast dat het pand op die datum nog een bouwterrein was. De rechtbank baseerde haar oordeel op de wijziging van het begrip 'feitelijk gebruiken' naar 'gebruiken' in de wetgeving, maar concludeerde dat deze wijziging niet bedoeld was om leegstaande objecten in de belastingheffing te betrekken.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en zag geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier, F.J. Crabbendam, en werd op dezelfde dag in het openbaar uitgesproken.