ECLI:NL:RBSGR:2011:BU1383

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
4 oktober 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
398402/KG ZA 11-822
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • R.J. Paris
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verbetering van een vonnis inzake aanbestedingsprocedure perceel 5

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank 's-Gravenhage op 4 oktober 2011 uitspraak gedaan over een verzoek tot verbetering van een eerder vonnis van 8 september 2011. De eiseres, Het NIC B.V., had bezwaar gemaakt tegen het dictum van het vonnis, dat volgens haar niet in overeenstemming was met de overwegingen die uitsluitend betrekking hadden op perceel 5 van de aanbestedingsprocedure. De eiseres stelde dat het dictum ruimte liet voor de interpretatie dat het ook van toepassing was op de percelen 1 tot en met 4, wat niet de bedoeling was. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat het dictum inderdaad een kennelijke verschrijving bevatte die eenvoudig te herstellen was, zoals bedoeld in artikel 31 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.

De voorzieningenrechter heeft vervolgens het vonnis van 8 september 2011 verbeterd, zodat het dictum nu uitsluitend betrekking heeft op perceel 5. De gedaagde, de Staat der Nederlanden, werd opgedragen om binnen 48 uur na de uitspraak de aanbestedingsprocedure voor perceel 5 te staken en, indien gewenst, over te gaan tot heraanbesteding. Daarnaast werd bepaald dat de gedaagde de proceskosten moest vergoeden, met wettelijke rente vanaf veertien dagen na de uitspraak. Het meer of anders gevorderde werd afgewezen. De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke en eenduidige vonnissen in aanbestedingsprocedures, om ongelijke behandeling van inschrijvers te voorkomen.

De zaak illustreert ook de rol van de voorzieningenrechter in het waarborgen van een eerlijke aanbestedingsprocedure, waarbij tijdige en gelijke kansen voor alle inschrijvers cruciaal zijn. De uitspraak is openbaar uitgesproken en de kosten aan de zijde van de eiseres zijn begroot op € 1.466,81, inclusief advocaatkosten, griffierecht en dagvaardingskosten.

Uitspraak

RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE
Sector civiel recht - voorzieningenrechter
Zaak- / rolnummer: 398402 / KG ZA 11-822
Bijlage bij het vonnis van 8 september 2011, gewezen op 4 oktober 2011
VERBETERING van een vonnis
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Het NIC B.V.,
gevestigd te Zwolle,
eiseres,
advocaat mr. L.J. Terpstra te Amsterdam,
tegen:
de publiekrechtelijke rechtspersoon de Staat der Nederlanden (meer speciaal het Ministerie van Financiën, in het bijzonder de Belastingdienst),
zetelend te 's-Gravenhage,
gedaagde,
advocaat mr. E.L.H. van Erp te 's-Gravenhage.
1. Het procesverloop
De voorzieningenrechter heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder de brief van mr. H.M. Fahner, kantoorgenoot van voornoemde mr. E.L.H. van Erp, van 27 september 2011, ingekomen ter griffie op 28 september 2011.
De wederpartij is in de gelegenheid gesteld te reageren op voormeld verzoek en heeft dat bij brief van 29 september 2011 gedaan. Mr. Fahner heeft daarop weer bij brief van 30 september 2011 gereageerd.
2. De beoordeling
In de brief van 27 september 2011 wordt namens gedaagde verzocht over te gaan tot verbetering van het vonnis van de voorzieningenrechter van 8 september 2011, aangezien het dictum van het vonnis niet aansluit op de overwegingen in het vonnis die zich uitsluitend richten op de aanbestedingsprocedure voor perceel 5. De bewoordingen in het dictum zouden ruimte laten voor de veronderstelling dat het gebod zoals vermeld in het dictum ook ziet op de percelen 1 tot en met 4, terwijl uit het tussen partijen gevoerde debat en de overwegingen in het vonnis kan en moet worden afgeleid dat dit niet de bedoeling is en kan zijn geweest.
Het debat tussen partijen en de beoordeling daarvan is gericht geweest op perceel 5. Het dictum dient dan ook uitsluitend op dat perceel betrekking te hebben. Daar het dictum tot misverstand kan leiden, dient het verbeterd te worden.
Nu gebleken is dat het vonnis van 8 september 2011 een kennelijke, ook voor partijen kenbare en voor eenvoudig herstel vatbare verschrijving bevat in de zin van artikel 31 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, dient dit vonnis te worden verbeterd zoals hierna weergegeven.
De eiswijziging die in de brief van eiseres d.d. 29 september 2011 te lezen valt, wordt als tardief gepasseerd.
3. De beslissing
De voorzieningenrechter:
verbetert voormeld vonnis van 8 september 2011 in die zin dat de beslissing in haar geheel komt te luiden:
gebiedt gedaagde om binnen 48 uur na de datum van dit vonnis de aanbestedingsprocedure voor zover het perceel 5 betreft te staken en, indien en voor zover gedaagde de op dat perceel betrekking hebbende opdracht nog wenst te gunnen, over te gaan tot heraanbesteding van perceel 5;
veroordeelt gedaagde in de kosten van dit geding, tot dusverre aan de zijde van eiseres begroot op € 1.466,81, waarvan
€ 816,-- aan salaris advocaat, € 560,-- aan griffierecht en € 90,81 aan dagvaardingskosten;
bepaalt dat over de proceskosten de wettelijke rente verschuldigd is vanaf veertien dagen na het wijzen van dit vonnis;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.J. Paris en in het openbaar uitgesproken op 4 oktober 2011.
AB