ECLI:NL:RBSGR:2012:BV6155
Rechtbank 's-Gravenhage
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Bevel tot gevangenhouding na vordering ex art. 67b Sv en herleving van bevoegdheid officier van justitie
Op 15 februari 2012 heeft de Rechtbank 's-Gravenhage een beschikking gegeven in de zaak met parketnummer 09/925120-12, waarin de rechtbank oordeelt over de vordering van de officier van justitie tot gevangenhouding van de verdachte. De vordering is ingediend op 13 februari 2012, na intrekking van een eerder betekende dagvaarding. De raadsman van de verdachte heeft verweer gevoerd, stellende dat de vordering niet toewijsbaar is op basis van artikel 67b, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering, omdat de dagvaarding al was betekend. De rechtbank overweegt echter dat de wetgever met artikel 67b Sv de officier van justitie de mogelijkheid heeft gegeven om nieuwe feiten toe te voegen aan een vordering tot voorlopige hechtenis, zelfs na intrekking van de dagvaarding. De rechtbank neemt daarbij de relevante artikelen van het Wetboek van Strafvordering en de Wet Wapens en Munitie in overweging. Na beoordeling van de feiten en omstandigheden concludeert de rechtbank dat er ernstige bezwaren tegen de verdachte bestaan en dat de vordering tot gevangenhouding gerechtvaardigd is. De rechtbank wijst de vorderingen toe en beveelt de gevangenhouding van de verdachte voor een termijn van negentig dagen, te ondergaan in het huis van bewaring te 's-Gravenhage of elders in Nederland.