ECLI:NL:RBSGR:2012:BW0931
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.J. Klomp
- N. Jansen
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van positieve overtuigingskracht en geloofwaardigheid van verklaringen
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 2 maart 2012 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij eisers, afkomstig uit Oezbekistan, een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd hebben aangevraagd. De rechtbank heeft de aanvraag afgewezen op grond van artikel 31, tweede lid, aanhef en onder f, van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw 2000). De rechtbank oordeelt dat de verklaringen van eisers niet de vereiste positieve overtuigingskracht bezitten. De eisers hebben gesteld dat zij vanwege hun Russische etniciteit en Russisch-orthodoxe geloof worden gediscrimineerd en dat zij in Oezbekistan te maken hebben gehad met ernstige bedreigingen, waaronder mishandeling en verkrachting. Echter, de rechtbank heeft vastgesteld dat de verklaringen van eisers onderling tegenstrijdig zijn en niet overeenkomen met de beschikbare objectieve informatie over de situatie in Oezbekistan. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat het ontbreken van reis- en identiteitspapieren aan eisers kan worden toegerekend, wat hun aanvraag verder ondermijnt. De rechtbank heeft de argumenten van eisers dat er sprake is van een cirkelredenering door verweerder verworpen, en heeft geconcludeerd dat de aanvraag terecht is afgewezen. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.