ECLI:NL:RBSHE:2007:BA6522

Rechtbank 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
6 juni 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
498705
Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding arbeidsovereenkomst tussen Stichting Katholiek Nieuwsblad en eindredacteur wegens vertrouwensbreuk en privéomstandigheden

In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 6 juni 2007 uitspraak gedaan over de ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de Stichting Katholiek Nieuwsblad en een van haar eindredacteuren. De eindredacteur had een buitenechtelijke relatie, wat volgens de stichting niet verenigbaar was met de levensbeschouwelijke opvattingen van de organisatie. De kantonrechter oordeelde dat de eindredacteur niet verweten kon worden dat hij zijn privésituatie niet eerder had onthuld. De stichting had de eindredacteur de kans moeten geven om op de marketingafdeling te werken, een functie die hij al tijdelijk vervulde. De rechter concludeerde dat de eindredacteur recht had op een ontslagvergoeding van € 27.000,00, omdat de omstandigheden meer in zijn risicosfeer lagen en de stichting hem niet de mogelijkheid had geboden om zijn functie aan te passen aan zijn privésituatie. De arbeidsovereenkomst werd ontbonden per 1 juli 2007, met compensatie van proceskosten tussen partijen. De kantonrechter benadrukte dat de stichting niet had aangetoond dat haar financiële situatie een reden was om de verplichtingen als werkgever niet na te komen.

Uitspraak

RECHTBANK ‘s-HERTOGENBOSCH
Sector Kanton, locatie ‘s-Hertogenbosch
Zaaknummer : [nummer]
EJ verz. : [nummer]
Uitspraak : 6 juni 2007
in de zaak van:
De stichting
STICHTING KATHOLIEK NIEUWSBLAD,
gevestigd en kantoorhoudende te ‘s-Hertogenbosch ,
verzoekster,
gemachtigde: mr. J.J.M. Bruinsma,
advocaat te Tilburg,
t e g e n :
de heer [verweerder]
wonende te [woonplaats]
verweerder,
gemachtigde: mw. mr. P.J.S. van Leeuwen,
advocaat te Amsterdam.
1. De procedure
Op 28 maart 2007 kwam op de griffie van de rechtbank, sector kanton, locatie 's-Hertogenbosch, het verzoek binnen om de arbeidsovereenkomst te ontbinden tussen partijen, die in het vervolg worden aangeduid als “Katholiek Nieuwsblad” en [ver[verweerder]].
[verweerder] diende daartegen een verweerschrift in. De mondelinge behandeling had plaats op
4 juni 2007. Beide partijen hebben de zaak doen bepleiten door hun gemachtigden. Naar aanleiding hiervan komt de kantonrechter tot de volgende beslissing.
2. Inleiding
Tussen partijen bestaat een arbeidsovereenkomst. [verweerder] is sinds 1 september 1993 in dienst van Katholiek Nieuwsblad, laatstelijk als lid (eind)redactie tegen een bruto salaris (exclusief vakantiegeld en andere toeslagen) van € 2.525,55 bruto per maand. [verweerder] is nu 45 jaar oud.
3. De beoordeling
3.1.Gesteld noch gebleken is dat het verzoek verband houdt met een van de opzegverboden van artikel 7:647, 648, 670 en 670a BW of met enig ander verbod tot opzegging van de arbeidsovereenkomst.
3.2. [verweerder] heeft naast zijn werk als (eind)redacteur van 13 september 2006 tot en met 31 december 2006, zoals Katholiek Nieuwsblad stelt “op tijdelijke basis als proef”, marketingactiviteiten vervuld. Katholiek Nieuwsblad heeft geen op- en/of aanmerkingen over het functioneren van [verweerder]. Desondanks zijn er volgens haar nu gewichtige redenen die tot een ontbinding van de arbeidsovereenkomst dienen te leiden. Katholiek Nieuwsblad heeft daarvoor het volgende aangevoerd. Ingevolge de toepasselijke arbeidsovereenkomst is [verweerder] gebonden aan de uitgangspunten in de notitie “Principiële Uitgangspunten 2004”. Daarnaast is [verweerder], als lid van de redactie, gebonden aan het redactiestatuut dat is vastgesteld door het bestuur van Katholiek Nieuwsblad in de vergadering van 19 oktober 2004 en dat door ondermeer [verweerder] voor akkoord is ondertekend. Op grond van de notitie Principiële Uitgangspunten 2004, maar in het bijzonder volgens artikel 2 van het redactiestatuut, zijn de leden van de redactie gebonden aan de katholieke levensbeschouwing. Katholiek Nieuwsblad voert aan: “miskenning van de grondslag van de stichting en van de Principiële Uitgangspunten dient te leiden tot beëindiging van de arbeidrelatie”, en verder: “dat aan verzoekster is gebleken dat gerequestreerde gedurende geruime tijd, waarschijnlijk vanaf medio 2005, een buitenechtelijke relatie heeft gehad en ten gevolge daarvan niet meer thuis woont en in een echtscheidingsprocedure is verwikkeld”.
3.3 Volgens Katholiek Nieuwsblad is er sprake van veranderingen in de omstandigheden als bedoeld in artikel 7:685, lid 2 B.W., nu de privésituatie, zoals die rond [verweerder] is ontstaan, zich niet verdraagt met de levensbeschouwelijke opvattingen van Katholiek Nieuwsblad.
Daarnaast is er naar de mening van Katholiek Nieuwsblad sprake van een verstoorde vertrouwensrelatie, omdat [verweerder] zijn privésituatie aanvankelijk geheim heeft gehouden en, zonder opening van zaken te geven, heeft geprobeerd om een functie buiten de redactie te verwerven, kennelijk omdat in verband met een dergelijke functie de complicaties in zijn privéleven in zijn visie minder bezwaarlijk zouden zijn.
3.4 [verweerder] erkent de toepasselijkheid van genoemde Principiële Uitgangspunten. Hij stelt dat hij deze uitgangspunten ook nog steeds onderschrijft. De omstandigheid dat zijn eigen huwelijk is stukgelopen, betekent echter niet, aldus [verweerder], dat hij het huwelijk niet nog steeds als het geëigende samenlevingsverband beschouwt.
Los van het feit dat [verweerder] van mening is dat zijn privésituatie niet in de weg staat aan de normale uitoefening van zijn functie van (eind)redacteur van het Katholiek Nieuwsblad, kon (en kan) hij zich voorstellen dat zijn werkgever daar anders over denkt. Mede met het oog daarop heeft hij in de zomer van 2006 gevraagd om wijziging van zijn functie en tewerkstelling op de administratieafdeling, welke laatstgenoemde functie meer “naar binnen” is gericht.
Naar de mening van [verweerder] was deze door hem voorgestelde functiewijziging niet enkel ingegeven door de gevoeligheid aangaande zijn buitenechtelijke relatie, maar ook vanwege de omstandigheid dat hij na zes jaar als eindredacteur werkzaam te zijn geweest, graag eens iets anders wilde.
[verweerder] ontkent dat hij Katholiek Nieuwsblad heeft voorgelogen door bij zijn verzoek tot wijziging van zijn functie geen melding te maken van zijn buitenechtelijke relatie.
3.5 Bij de mondelinge behandeling heeft [verweerder] echter aangegeven dat er ondanks zijn stellingname ook naar zijn mening onvoldoende basis overblijft voor een zinvolle voortzetting van de arbeidsovereenkomst, al dan niet in gewijzigde vorm. Gelet op het principiële standpunt van Katholiek Nieuwsblad en de omstandigheid dat volgens [verweerder] de vertrouwensbasis tussen partijen onder druk is komen te staan, stelt de kantonrechter vast dat gewichtige redenen aanwezig zijn, bestaande uit veranderingen in de omstandigheden als bedoeld in artikel 7:685, lid 2 BW, die van dien aard zijn dat de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst na korte tijd behoort te eindigen.
Het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst zal daarom worden ingewilligd, met de bepaling dat de arbeidsovereenkomst zal eindigen per 1 juli 2007.
3.6. Katholiek Nieuwsblad heeft aangevoerd dat zij het ontslag van [verweerder] niet ziet als een sanctie en dat zij [verweerder] ook geen morele verwijten maakt, maar dat hij vanwege zijn handelen niet meer past in het profiel van de functie zoals die in de arbeidsovereenkomst is omschreven. Dat [verweerder] niet meer past in het profiel van Katholiek Nieuwsblad zou wel in de risicosfeer van [verweerder] liggen.
Wat zij [verweerder] wel verwijt is dat hij geen openheid van zaken heeft gegeven. Zij gelooft [verweerder] niet waar deze stelt de nieuwe functie te hebben geambieerd om met Katholiek Nieuwsblad mee te denken om een oplossing te creëren en ook omdat hij echt graag weer eens een andere functie zou willen bekleden.
Wat [verweerder] Katholiek Nieuwsblad verwijt is, dat zij hem niet heeft willen toestaan de administratieve functie te bekleden. Hij heeft erop gewezen dat het redactiestatuut voor die functies niet geldt en dat op de administratie gescheiden, als ook niet rooms-katholieke en homoseksuele mensen werken.
3.7 De kantonrechter is van oordeel dat [verweerder] niet kan worden verweten dat hij zijn buitenechtelijke relatie ten opzichte van Katholiek Nieuwsblad heeft verzwegen. Dat hij in de gesprekken over een nieuwe functie Katholiek Nieuwsblad heeft misleid en dat zijn motieven niet oprecht waren, is niet aannemelijk geworden. In ieder geval is hierbij geen sprake geweest van onoorbaar gedrag op grond waarvan Katholiek Nieuwsblad terecht het vertrouwen in [verweerder] heeft opgezegd. Waar niet is betwist dat buiten de redactie meer ruimte is voor andere leefregels dan de orthodox katholieke leefregels, had Katholiek Nieuwsblad als goed werkgever [verweerder] niet mogen weigeren die functie te gaan bekleden die hij al naar tevredenheid had uitgevoerd.
3.8 De kantonrechter is van oordeel dat de omstandigheid van “het niet meer in het profiel van Katholiek Nieuwsblad passen” meer in de risicosfeer van [verweerder] ligt dan van Katholiek Nieuwsblad. Anderzijds heeft Katholiek Nieuwsblad door haar opstelling ten aanzien van het niet toelaten tot de andere functie verwijtbaar gehandeld. Met deze omstandigheden zal bij het bepalen van de hoogte van de ontslagvergoeding, waar [verweerder] vanwege het ontbreken van verwijtbaarheid aan zijn zijde zeker recht op heeft, rekening worden gehouden. Met de gestelde armlastige financiële situatie van Katholiek Nieuwsblad wordt geen rekening gehouden, omdat ter onderbouwing van deze stelling geen enkel bewijs is overgelegd en er geen reden is dat Katholiek Nieuwsblad om die reden haar werkgeversverplichtingen niet zou na behoeven te komen.
3.9 Bij het hanteren van de kantonrechtersformule gaat de kantonrechter uit van een gewogen aantal dienstjaren van 16,5 en een bruto maandsalaris (incl. vakantiegeld) van
€ 2.727,60.
Bij het bepalen van de correctiefactor houdt de kantonrechter rekening met de omstandigheid dat [verweerder] ongeveer zes maanden geen werkzaamheden voor Katholiek Nieuwsblad heeft behoeven te verrichten, terwijl hij, naar op zitting bleek, zelf eigenlijk ook niet meer bij Katholiek Nieuwsblad wilde terugkeren. Hij heeft dus al ruimschoots sollicitatieactiviteiten kunnen ontplooien. Daarnaast kan rekening worden gehouden met de gestelde omstandigheid dat [verweerder] heeft aangegeven om in de toekomst minder uren te gaan werken, bijvoorbeeld om weer een studie op te kunnen oppakken of als schaakjournalist actief te worden. Dit alles leidt de kantonrechter tot een correctiefactor van 0,60, hetgeen betekent een (afgeronde) vergoeding van € 27.000,-- bruto.
3.10 Gelet op het voornemen van de kantonrechter de arbeidsovereenkomst te ontbinden per 1 juli 2007 onder toekenning van gemelde vergoeding aan [verweerder], zal Katholiek Nieuwsblad in de gelegenheid worden gesteld tot intrekking van het verzoek.
In de aard van de genomen beslissing en de daaraan ten grondslag liggende overwegingen vindt de kantonrechter aanleiding om zowel bij intrekking als bij handhaving van het verzoek, de proceskosten tussen partijen te compenseren als na te melden.
4. De beslissing
De kantonrechter:
stelt Katholiek Nieuwsblad tot 21 juni 2007 in de gelegenheid haar verzoek in te trekken.
compenseert de proceskosten, aldus dat iedere partij haar eigen kosten draagt.
Indien het verzoek niet, althans niet tijdig dan wel niet op de voorgeschreven wijze wordt ingetrokken, wordt beslist als volgt:
ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen partijen per 1 juli 2007;
kent aan [verweerder] ten laste van Katholiek Nieuwsblad een vergoeding toe van € 27.000,-- bruto;
Aldus gegeven en in het openbaar uitgesproken op 6 juni 2007 door mr. M.H.Kobussen , kantonrechter te 's-Hertogenbosch, in tegenwoordigheid van de griffier.
De griffier is buiten staat deze
beschikking te ondertekenen.
Zaaknummer: [nummer] blad 4
beschikking