ECLI:NL:RBSHE:2012:BY1326
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot medehuurderschap door moeder en zoon afgewezen op basis van overlast, maar toegewezen na bewijs van duurzame gemeenschappelijke huishouding
In deze zaak vorderden een moeder en haar zoon dat de zoon als medehuurder van de woning zou worden aangemerkt. De zoon, 43 jaar oud, woont zijn hele leven bij zijn moeder, die hij verzorgt. De verhuurder, Stichting Woonpartners, had eerder de verzoeken om medehuurderschap afgewezen vanwege overlastsituaties in de woning. De rechtbank oordeelde dat overlast geen gegronde reden is om het verzoek tot medehuurderschap af te wijzen. De kantonrechter stelde vast dat de zoon en moeder een duurzame gemeenschappelijke huishouding vormen, wat blijkt uit hun lange samenwoning en de zorg die de zoon voor zijn moeder biedt. De rechtbank wees de vordering toe en bepaalde dat de zoon met ingang van 24 oktober 2012 medehuurder is van de woning. De kosten van de procedure werden toegewezen aan de in het ongelijk gestelde partij, Stichting Woonpartners.