2. De feiten
2.1. Wijlen de heer W. Endstra, hierna: Endstra, hield 25% van de aandelen in de familievennootschap Marpolo Amsterdam B.V., hierna: Marpolo. De overige aandelen worden gehouden door de broer van Endstra en zijn twee zusters.
2.2. Marpollo houdt indirect alle aandelen in Seaport Beach Resort en direct alle aandelen in Holding Seaport. Holding Seaport houdt op haar beurt (in)direct alle aandelen in Marina Seaport, Seaport IJmuiden en Seaport Porperties.
2.3. De Seaport vennootschappen houden zich bezig met de ontwikkeling en exploitatie van, kort gezegd, de jachthaven te IJmuiden, het hotelgebouw, de jachtclub en alles wat daarmee samenhangt. Seaport IJmuiden ontwikkelt en exploiteert al het onroerend goed op het terrein van de jachthaven, Marina exploiteert de jachthaven, Seaport Properties is eigenaar en verhuurder van een Grand café-restaurant en Seaport Beach Resort heeft een overeenkomst met de exploitatiemaatschappij waarin het hotel wordt geëxploiteerd.
2.4. Vanaf begin jaren ’90 hebben de Seaport vennootschappen een bankrelatie met de Rabobank. Op deze bankrelaties zijn van toepassing de Algemene Bankvoorwaarden, hierna: ABV. Op de rekening-courant relaties zijn van toepassing de Algemene Voorwaarden voor rekening-courant van de Rabobank Organisatie, hierna: AVRC.
2.5. Voor zover hier van belang bepalen de artikelen 13 en 17 van de AVRC en artikel 30 van de ABV het volgende:
Artikel 13. Opzegging rekening-courantovereenkomst zonder kredietfaciliteit
Indien aan een rekeninghouder geen kredietfaciliteit is verleend kan iedere rekeninghouder of de bank zonder opzeggingstermijn de rekening-courantovereenkomst opzeggen. (…)
Artikel 17. Opzegging kredietfaciliteit
Zowel de bank als de rekeninghouder kunnen te allen tijde een kredietfaciliteit opzeggen, met inachtneming van een termijn van tenminste drie maanden. Gedurende die termijn zal de rekeninghouder van het krediet geen gebruik mogen maken en terstond na afloop van die termijn moet de rekninghouder een eventueel debetsaldo voldoen.
Artikel 30. Opzegging van de relatie.
De relatie tussen de cliënt en de bank kan zowel door de cliënt als door de bank worden opgezegd. Indien de bank de relatie opzegt, zal zij de relatie desgevraagd de reden van die opzegging meedelen.
Na opzegging van de relatie zullen tussen de cliënt en de bank bestaande individuele overeenkomsten zo spoedig mogelijk worden afgewikkeld met inachtneming van de daarvoor geldende termijnen. Tijdens die afwikkelingen blijven deze Algemene Voorwaarden van kracht.
2.6. In januari 2004 heeft de Rabobank Endstra uitgenodigd voor een bespreking op 10 februari 2004. Bij deze bespreking heeft de Rabobank aan Endstra medegedeeld dat zij voornemens was om alle financieringsrelaties met hem en de vennootschappen waarvan hij bestuurder en/of meerderheidsaandeelhouder is op te zeggen. Bij brief van 17 februari 2004 heeft de Rabobank aan Endstra hierover geschreven, voor zover hier van belang:
"(…) De Rabobank Groep wenst alle financieringsrelaties met u en bedrijven waarin u direct of indirect een meerderheids- of, naar de mening van de bank, controlerend belang heeft, althans bedrijven waarover u (mede) het bestuur uitoefent, te beëindigen. De reden is gelegen in het feit dat de Rabobank Groep niet wil worden geassocieerd met kwesties waarmee u, terecht of onterecht, in verband wordt gebracht. De Rabobank Groep wenst op geen enkele wijze mee te werken dan wel betrokken te geraken bij kwesties die het aanzien van de bank zouden kunnen schaden, dan wel een gevaar opleveren voor de integriteit van de bank. Naamsverbondenheid lijdt, althans kan lijden, tot aantasting van de reputatie van de Rabobank Groep.
De Rabobank Groep wenst in goed overleg met u afspraken te maken over de wijze en de termijn waarop beëindiging van de met u aangegane relaties plaatsvindt.
(…)
Ten overvloede verzoek ik u nota te nemen van het feit dat de beschreven reikwijdte primair ziet op uw belang en zeggenschap op grond van bijvoorbeeld aandelen, certificaten, effecten en/of achtergestelde leningen, en/of uitoefening van het bestuur van rechtspersonen en samenwerkingsverbanden, maar daartoe niet beperkt hoeven te zijn. Essentieel voor de bank is immers dat zij niet langer geassocieerd kan worden met relaties waarbij u, direct of indirect, beslissende invloed op het ondernemingsbeleid kunt uitoefenen."
Bij de brief bevindt zich een lijst met relaties, waaronder de Seaport vennootschappen, welke de Rabobank wenst op te zeggen.
2.7. Vervolgens heeft tussen de raadsman van Endstra en de Rabobank een briefwisseling plaatsgevonden, waarin Endstra bezwaar heeft gemaakt tegen de voorgenomen opzegging door de Rabobank als weergegeven in haar brief van 17 februari 2004 omdat, kort gezegd, de opgave van bedrijven waarmee de Rabobank haar relaties wenst te beëindigen ruimer is dan bij de bespreking van 10 februari 2004 aan de orde is geweest. Endstra heeft in de brief van zijn raadsman van 24 februari 2004 de Rabobank verzocht om per vennootschap aan te geven dat Endstra daarin een meerderheids- en/of aanmerkelijk belang heeft, waarom de Rabobank ten aanzien van de genoemde vennootschappen een risico loopt voor aantasting van haar integriteit en per vennootschap aan te geven of de Rabobank ook bij haar besluit blijft indien de vennootschappen een eventuele relatie met Endstra verbreken. Bij brief van zijn raadsman van 30 maart 2004 heeft Endstra er, kort samengevat, op gewezen dat een negatieve associatie van de Rabobank met Endstra niet is gebleken, dat Endstra sinds enige tijd met succes optreedt tegen onjuiste beschuldigingen van ernstige strafbare feiten in de pers alsmede dat de reikwijdte van het besluit van de Rabobank derden ten onrechte schade toebrengt. De Rabobank heeft in haar reactie op de brieven van Endstra haar voorgenomen besluit tot beëindiging van de in de brief van 17 februari 2004 genoemde relaties gehandhaafd. Wel heeft zij aangegeven afspraken te willen maken over de wijze en de termijn waarop beëindiging van de relaties kan plaatsvinden.
2.8. Bij brieven van 12 mei 2004 heeft de Rabobank namens de vestiging IJmuiden aan Marina Seaport, Holding Seaport, Seaport IJmuiden en Seaport Porperties en namens de vestiging Veenstromen aan Seaport Beach Resort geschreven dat zij de relatie met de Seaport vennootschappen wenst te beëindigen en een voorstel tot beëindiging gedaan. In beide brieven heeft de Rabobank een overzicht gegeven van de financiële stand van zaken van de respectievelijke vennootschappen op dat moment.
2.9. Op 17 mei 2004 is Endstra overleden.
2.10. Naar aanleiding van het overlijden van Endstra heeft er op 21 juni 2004 een gesprek plaatsgevonden tussen de Rabobank en de raadsman van (de erven van) Endstra. Tijdens dat gesprek heeft de Rabobank zich op het standpunt gesteld, samengevat, dat het overlijden van Endstra en de daardoor ontstane situatie geen aanleiding gaf om terug te komen op haar beslissing om de relaties te beëindigen noch om enige tijd pas op de plaats te maken.
2.11. Bij brieven van 6 juli 2004 heeft de Rabobank, namens de vestigingen IJmuiden en Veenstromen, aan de Seaport vennootschappen de financieringsovereenkomsten en betaalrekeningovereenkomsten opgezegd met inachtneming van een opzegtermijn van respectievelijk 90 en 5 dagen. De Rabobank heeft hierbij in haar brieven verwezen naar de artikelen 13 en 17 AVRC, artikel 15 van de algemene voorwaarden van betaalrekeningen en artikel 30 ABV.