Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
of omstreeksde periode van 01 mei 2011 tot en met 28 februari 2014 te Tilburg
en/of (elders) in Nederland, (telkens
)opzettelijk
een of meerderegeldbedragen van in totaal
ongeveer970.463,23 euro,
in elk geval enig goed/geldbedrag, dat/die
geheel of ten deletoebehoorde
(n
)aan [bedrijf]
, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,en welk
(e
)goed
(eren
)verdachte uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking
van/als hoofd administratie
, in elk geval anders dan door misdrijfonder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend door extra boekingsregels - waaronder zijn, verdachte’s bankrekeningnummer - aan crediteurenkaarten toe te voegen,
(mede
)waardoor een
(groot
)aantal
(fictieve
)betalingen aan crediteuren naar de bankrekening van hem, verdachte, werden
overgeboekt/overgemaakt;
of omstreeksde periode van 01 mei 2011 tot en met 28 februari 2014, te Tilburg
, althans in Nederland,en/of te Poppel (België) voorwerpen, te weten
een of meerderegeldbedragen van in totaal
ongeveer970.436,23 euro
, althans een (groot) geldbedragheeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en
/ofomgezet
en/of van voorwerpen, te weten genoemde geldbedragen van ongeveer 970.436,23 Euro gebruik heeft gemaakt, immers heeft hij, verdachte, die geldbedragen van zijn bankrekening afgehaald, onder meer door
/of
/of
geheel of gedeeltelijk- onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf,
5.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde
6.De strafbaarheid van verdachte
7.De strafoplegging
8.De benadeelde partij
9.Het beslag
10.De wettelijke voorschriften
11.De beslissing
een gevangenisstraf van 42 maanden;