Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
(Artikel art 157 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht, art 157 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht)
hij op of omstreeks 22 september 2018 te Tilburg, een jerrycan benzine, in elk geval enig goed, dat geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [naam 1] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
(Artikel art 310 Wetboek van Strafrecht)
( art 285 lid 1 Wetboek van Strafrecht )
hij op of omstreeks 21 september 2018 te Tilburg in de woning, het besloten lokaal en/of het erf, gelegen aan het [adres 1] bij HIC GGZ Breburg, althans bij een ander of anderen dan bij verdachte, in gebruik wederrechtelijk aldaar vertoevende zich niet op de vordering van of vanwege de rechthebbende aanstonds heeft verwijderd;
( art 138 lid 1 Wetboek van Strafrecht )
hij op of omstreeks 21 september 2018 te Tilburg [naam 3] heeft mishandeld door deze in/op/tegen het gezicht, althans het hoofd te slaan en/of te stompen en/of te stoten en/of in het gezicht te spugen, waardoor bij die [naam 3] een min of meer hevige onlust veroorzakende gewaarwording in of aan het lichaam te weeg wordt gebracht;
( art 300 lid 1 Wetboek van Strafrecht )
hij op of omstreeks 21 september 2018 te Tilburg [naam 4] heeft mishandeld door deze in het gezicht te spugen, waardoor bij die [naam 4] een min of meer hevige onlust veroorzakende gewaarwording in of aan het lichaam te weeg wordt gebracht;
( art 300 lid 1 Wetboek van Strafrecht )
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
lichamelijke gewaarwordingteweeg brengen, die enigszins met pijn te vergelijken is, zoals benauwdheid of een plotselinge sterke temperatuurverandering, of een objectief waarneembare en ontsierende verandering aan het uiterlijk, wat met letsel vergelijkbaar is of zelfs als letsel is aan te merken. Het spugen in iemands gezicht kan zonder twijfel en in hevige mate de emotie walging oproepen. Een dergelijke ervaring is weliswaar zeer onprettig, maar leidt niet zondermeer tot een zelfstandige reactie van het lichaam, zoals het onderdompelen in koud water en het belemmeren van de ademhaling door het toedienen van roet dat doen. Uit het dossier volgt niet dat bij aangeefsters als gevolg van het spugen een fysieke gewaarwording optrad. Dat verdachte besmet is met hepatitis B maakt dit niet anders; de intentie aan de zijde van verdachte is niet doorslaggevend bij de tenlastegelegde mishandeling, terwijl de wetenschap over deze besmetting bij aangeefsters niet maakt dat daarom aangenomen kan worden dat sprake was van een fysieke gewaarwording.
op 22 september 2018 te Tilburg, een jerrycan benzine aan een ander toebehoorde, te weten aan [naam 1] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
op 21 september 2018 te Tilburg in het besloten lokaal, gelegen aan het [adres 1] bij HIC GGZ Breburg in gebruik wederrechtelijk aldaar vertoevende zich niet op de vordering van of vanwege de rechthebbende aanstonds heeft verwijderd;
op 21 september 2018 te Tilburg [naam 3] heeft mishandeld door deze in het gezicht, te stompen;
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De wettelijke voorschriften
8.De beslissing
een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar;
algemene voorwaardedat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
bijzondere voorwaarden dat:
dadelijk uitvoerbaarzijn;