Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Beslissing
2.Gronden
pensioenregelingenvoorzover de daarvoor betaalde premies ten laste van de belastbare winst van een Nederlandse onderneming zijn gebracht, waarbij met het in aanmerking nemen van negatieve uitgaven voor inkomensvoorzieningen op grond van artikel 3.133, tweede lid, onderdelen h of j, of artikel 3.136, dan wel in de periode van buitenlandse belastingplicht, geen rekening wordt gehouden;”.
voor zoverbetaalde premies (in een geval als het onderhavige) ten laste van de belastbare winst van een Nederlandse onderneming zijn gebracht. Betoogd kan worden dat aan die voorwaarde niet volledig is voldaan. De echtgenoot heeft immers enkel pensioenpremies voldaan gedurende de periode waarin hij binnenlands belastingplichtig was. De periode waarin hij arbeidsongeschikt was valt samen met de periode waarin hij en belanghebbende in [land] woonden, zodat in die periode van buitenlandse belastingplicht in het geheel geen premies ten laste van de belastbare winst van een Nederlandse onderneming in de zin van artikel 7.2, tweede lid, van de Wet IB 2001 zijn gekomen. In ieder geval geldt die conclusie voor zover [pensioenfonds] ‘de premiebetaling heeft voortgezet’ tijdens de arbeidsongeschiktheidsperiode van de echtgenoot.
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;