In deze zaak heeft de rechtbank Zeeland-West-Brabant op 18 november 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van Breda. De eiser, geboren in China, heeft verzocht om wijziging van zijn geboortedatum en geboorteplaats in de Basisregistratie Personen (BRP), omdat deze niet overeenkomen met de gegevens op zijn Chinese paspoort. Het college heeft dit verzoek in een besluit van 3 mei 2019 afgewezen, en het bezwaar van de eiser tegen dit besluit is in een bestreden besluit van 10 september 2019 ongegrond verklaard. De rechtbank heeft de zaak behandeld op een zitting op 27 oktober 2020, waar zowel de eiser als zijn gemachtigde aanwezig waren, evenals vertegenwoordigers van het college.
De rechtbank heeft overwogen dat de eiser onvoldoende bewijs heeft geleverd om aan te tonen dat de gegevens in de BRP feitelijk onjuist zijn. De eiser heeft verschillende documenten overgelegd ter ondersteuning van zijn verzoek, waaronder een Chinees paspoort en verklaringen van de Chinese autoriteiten. Echter, de rechtbank oordeelt dat de eiser niet onomstotelijk heeft aangetoond dat de in de BRP geregistreerde gegevens onjuist zijn. De rechtbank stelt vast dat de eiser zelf heeft verklaard dat hij niet weet wanneer en waar hij precies is geboren, wat de betrouwbaarheid van de overgelegde documenten ondermijnt.
De rechtbank concludeert dat het college op goede gronden het verzoek van de eiser om wijziging van zijn gegevens in de BRP heeft afgewezen. De rechtbank verklaart het beroep van de eiser ongegrond en er is geen reden voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.