ECLI:NL:RBZWB:2022:3364
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening tegen verleende omgevingsvergunning voor woningbouw en uitrit
Op 22 juni 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoekers bezwaar maakten tegen de verleende omgevingsvergunning voor het bouwen van een woning en het aanleggen van een uitrit. De vergunninghouder had op 17 december 2021 een aanvraag ingediend, waarna op 1 april 2022 de vergunning werd verleend. Verzoekers, wonende aan [adres verzoekers] te [woonplaats verzoekers], voerden aan dat er geen omgevingsdialoog had plaatsgevonden en dat de vergunning niet verleend had mogen worden vanwege privaatrechtelijke belemmeringen, zoals onrechtmatige hinder en schending van privacy door inkijk. De voorzieningenrechter oordeelde dat een omgevingsdialoog niet verplicht is en dat de vergunning op basis van de kruimelregeling terecht was verleend. Ook werd geoordeeld dat verzoekers onvoldoende bewijs hadden geleverd voor hun claims over hinder en privaatrechtelijke belemmeringen. De voorzieningenrechter wees het verzoek om een voorlopige voorziening af, met de opmerking dat het oordeel voorlopig is en de rechtbank in een eventuele bodemprocedure niet bindend is.