Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Inleiding
- Met dagtekening 4 november 2015 een aanslag IB/PVV voor het jaar 2012 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 25.000, alsmede de bij gelijktijdige beschikkingen vastgestelde verzuimboete van € 226 en in rekening gebrachte belastingrente van € 480 (aanslagnummer: [aanslagnummer 1]);
- Met dagtekening 2 maart 2016 een aanslag IB/PVV voor het jaar 2013 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 25.000, alsmede de bij gelijktijdige beschikkingen vastgestelde verzuimboete van € 369 en in rekening gebrachte belastingrente van € 436 (aanslagnummer: [aanslagnummer 2]);
- Met dagtekening 20 juli 2016 een aanslag IB/PVV voor het jaar 2014 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 25.000, alsmede de bij gelijktijdige beschikkingen vastgestelde verzuimboete van € 344 en in rekening gebrachte belastingrente van € 259 (aanslagnummer: [aanslagnummer 3]);
- Met dagtekening 8 maart 2017 een aanslag IB/PVV voor het jaar 2015 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 44.000, alsmede de bij gelijktijdige beschikkingen vastgestelde verzuimboete van € 369 en in rekening gebrachte belastingrente van € 432 (aanslagnummer: [aanslagnummer 4]).
2.Feiten
Artikel 1
3.Beoordeling door de rechtbank
4.Conclusie en gevolgen
5.Beslissing
2. het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;