ECLI:NL:RBZWB:2023:2675
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor kosten hulphond
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 18 april 2023, wordt het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag voor bijzondere bijstand voor de kosten van een hulphond beoordeeld. Eiseres had op 11 januari 2022 bijzondere bijstand aangevraagd, maar het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gilze en Rijen heeft deze aanvraag op 14 januari 2022 afgewezen. Eiseres heeft bezwaar gemaakt, maar het college bleef bij zijn beslissing. De rechtbank heeft de zaak op 6 april 2023 behandeld, maar beide partijen zijn niet verschenen.
Eiseres stelt dat haar hond levensreddende taken verricht en dat er een noodzaak is voor een hulphond. Het college betwist dit en stelt dat eiseres niet heeft aangetoond dat haar hond als hulphond functioneert en dat de kosten niet noodzakelijk zijn. De rechtbank oordeelt dat eiseres niet voldoende bewijs heeft geleverd om haar claims te onderbouwen. De rechtbank verwijst naar eerdere jurisprudentie en concludeert dat de kosten voor de hond niet als noodzakelijke kosten in de zin van de Participatiewet kunnen worden aangemerkt.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, waardoor het bestreden besluit in stand blijft. Eiseres krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.