In deze zaak heeft eiser beroep ingesteld tegen een besluit van het UWV van 28 oktober 2021, waarin zijn aanvraag voor een Wajong-uitkering werd afgewezen. Eiser, geboren op [geboortedatum], had in juni 2021 een nieuwe Beoordeling Arbeidsvermogen aangevraagd, waarbij het UWV zijn verzoek om terug te komen op eerdere besluiten van 2010, 2015 en 2021 afwees. De rechtbank heeft de zaak behandeld op 6 oktober 2022, waarbij eiser en zijn gemachtigde aanwezig waren, evenals een vertegenwoordiger van het UWV. De rechtbank heeft het onderzoek geschorst om partijen de gelegenheid te geven te reageren op vragen van de rechtbank. Na het indienen van reacties door beide partijen, heeft de rechtbank op 19 april 2023 het onderzoek gesloten.
De rechtbank oordeelt dat het bestreden besluit, voor zover het de medische beoordeling betreft, is gebaseerd op rapportages van verzekeringsartsen van het UWV. De verzekeringsarts heeft vastgesteld dat er in eerdere beoordelingen schizofrenie is gediagnosticeerd bij eiser, maar dat er geen nieuwe medische informatie is overgelegd die de aanvraag zou onderbouwen. De rechtbank concludeert dat er geen sprake is van nieuwe feiten of veranderde omstandigheden die een herbeoordeling rechtvaardigen. Eiser heeft aangevoerd dat hij nieuwe informatie heeft overgelegd die relevant is voor zijn situatie op 18-jarige leeftijd, maar de rechtbank oordeelt dat deze informatie niet voldoende is om het bestreden besluit te weerleggen.
De rechtbank verklaart het beroep gegrond, vernietigt het bestreden besluit, maar laat de rechtsgevolgen van dit besluit in stand. Tevens wordt het UWV veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht en de proceskosten van eiser. De uitspraak is gedaan door mr. I.M. Josten en openbaar gemaakt op 11 mei 2023.