ECLI:NL:RBZWB:2023:5988

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
23 augustus 2023
Publicatiedatum
28 augustus 2023
Zaaknummer
10210338 CV EXPL 22-3581 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • mr. Karsten-Badal
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van onbetaalde facturen in civiele procedure

In deze civiele procedure heeft Unicorn Zonwering B.V. een vordering ingesteld tegen een gedaagde partij, die in persoon procedeerde. De vordering betreft de betaling van onbetaalde facturen ter hoogte van € 1.315,80, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De procedure is gestart met een dagvaarding, waarin Unicorn Zonwering B.V. aanvoert dat de gedaagde partij de facturen voor werkzaamheden aan rolluiken niet heeft voldaan. De gedaagde heeft als verweer aangevoerd dat zijn verzekeringsmaatschappij de schade niet vergoedt omdat de offerte te laat is verstrekt. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de werkzaamheden door Unicorn Zonwering B.V. zijn uitgevoerd, maar dat de gedaagde niet kan worden vrijgesteld van betaling. De kantonrechter heeft de vordering tot betaling van de facturen toegewezen, evenals de wettelijke rente vanaf 17 november 2021. Echter, de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten zijn afgewezen, omdat Unicorn Zonwering B.V. niet heeft aangetoond dat zij een kosteloze aanmaning heeft verzonden conform de wettelijke eisen. De gedaagde is in het ongelijk gesteld en moet de proceskosten betalen, die zijn begroot op € 770,72. Het vonnis is uitgesproken op 23 augustus 2023.

Uitspraak

RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Breda
Zaaknummer: 10210338 \ CV EXPL 22-3581
Vonnis van 23 augustus 2023
in de zaak van
UNICORN ZONWERING B.V.,
te Zwijndrecht,
eisende partij,
hierna te noemen: Unicorn Zonwering BV,
[gemachtigde] ,
tegen
[gedaagde],
te [plaats] ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
procederend in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 8 februari 2023;
- de mondelinge behandeling van 23 juni 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt en de bij die gelegenheid overgelegde e-mailberichten van Unicorn Zonwering BV.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.Het geschil

2.1.
Unicorn Zonwering BV vordert - samengevat - bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
[gedaagde] te veroordelen tot betaling van € 1.315,80, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 november 2021 tot aan de dag der algehele voldoening, een bedrag van € 197,37 aan buitengerechtelijke incassokosten, met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten en nakosten.
2.2.
Unicorn Zonwering BV heeft in haar dagvaarding ten grondslag gelegd dat [gedaagde] haar facturen van in totaal € 1.315,80 voor het vervangen van een pantser en hoeklijnen van rolluiken onbetaald heeft gelaten. Zij wenst alsnog betaling van deze facturen, vermeerderd rente en kosten.
2.3.
[gedaagde] heeft als verweer aangevoerd dat zijn verzekeringsmaatschappij zijn stormschade niet wenst te vergoeden, omdat Unicorn Zonwering BV veel te laat een offerte heeft uitgebracht. Hij had de offerte in februari 2021 opgevraagd en deze pas in juni 2021 ontvangen. Daarom wenst hij de factuur niet te betalen.
2.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

3.De beoordeling

3.1.
Niet in geschil is dat Unicorn Zonwering BV voor [gedaagde] werkzaamheden heeft uitgevoerd. Niet is gebleken dat Unicorn Zonwering BV het werk goed heeft uitgevoerd. Dat [gedaagde] Unicorn Zonwering BV het verwijt maakt dat hij zijn stormschade door het te laat ontvangen van een offerte niet vergoed heeft gekregen, staat los van deze procedure. [gedaagde] is dan ook betaling van de nog openstaande facturen van € 1.315,80 verschuldigd, zodat de kantonrechter dit bedrag zal toewijzen. De gevorderde wettelijke rente is met ingang van 17 november 2021 eveneens toewijsbaar.
3.2.
Unicorn Zonwering BV vordert vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten.
De kantonrechter overweegt dat Unicorn Zonwering BV op grond van de met het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten samenhangende wettelijke bepalingen in deze zaak moet aantonen dat zij een kosteloze aanmaning conform de eisen van artikel 6:96 lid 6 BW heeft verzonden. Bij de aanmaningen van 2 juni 2022 en 6 juni 2022 is de verschuldigdheid van de buitengerechtelijke kosten niet aangezegd, maar direct in rekening gebracht. Daarnaast is er geen betalingstermijn van veertien dagen gegeven die ingaat op de dag na ontvangst van de aanmaning door [gedaagde] . Dit is wel vereist op grond van artikel 6:96 lid 6 BW (Hoge Raad 25 november 2016, ECLI:NL:HR:2016:2704). Omdat Unicorn Zonwering BV aan [gedaagde] geen aanmaning heeft verzonden die voldoet aan de eisen gesteld in artikel 6:96 lid 6 BW zijn de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten niet toewijsbaar.
3.3.
[gedaagde] is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. Nu na het indienen van de dagvaarding Unicorn Zonwering BV in persoon is opgetreden en niet is gebleken van professionele procesvertegenwoordiging noch van andere kosten als bedoeld in artikel 238 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering zijdens Unicorn Zonwering BV, wordt geen aanvullend salaris gemachtigde vastgesteld.
De proceskosten van Unicorn Zonwering BV worden begroot op:
- dagvaarding € 107,22
- griffierecht € 365,00
- salaris gemachtigde € 199,00 (1 punt x tarief € 199,00)
- nakosten
€ 99,50(0,5 salarispunt met een maximum van € 132,00)
Totaal € 770,72‬

4.De beslissing

De kantonrechter
4.1.
veroordeelt [gedaagde] om aan Unicorn Zonwering BV te betalen een bedrag van € 1.315,80, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over het toegewezen bedrag, met ingang van 17 november 2021, tot de dag van volledige betaling,
4.2.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten van € 770,72, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe. Wordt bij niet betaling het vonnis daarna betekend, dan moet [gedaagde] ook de kosten van betekening betalen,
4.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
4.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Karsten-Badal en in het openbaar uitgesproken op 23 augustus 2023.