ECLI:NL:RBZWB:2023:7345
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van navorderingsaanslagen en boetebeschikkingen in belastingzaken met betrekking tot inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 3 november 2023, wordt de zaak behandeld van een belanghebbende die in beroep gaat tegen navorderingsaanslagen en boetebeschikkingen opgelegd door de inspecteur van de Belastingdienst voor de jaren 2011 en 2012. De rechtbank beoordeelt de beroepen van de belanghebbende tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van 16 juni 2022. De inspecteur had aan de belanghebbende voor het jaar 2011 een navorderingsaanslag opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 190.242 en voor 2012 naar € 580.934. Tevens werden er boetes opgelegd van respectievelijk € 38.588 en € 130.560. De rechtbank concludeert dat de navorderingsaanslagen voor 2011 terecht zijn opgelegd, maar dat de navorderingsaanslag voor 2012 verminderd moet worden. De rechtbank oordeelt dat er sprake is van een nieuw feit dat navordering rechtvaardigt en dat de inspecteur de boetes terecht heeft opgelegd, maar dat deze moeten worden verminderd vanwege overschrijding van de redelijke termijn. De rechtbank verklaart het beroep voor 2011 ongegrond en voor 2012 gegrond, met een aanpassing van de navorderingsaanslag en de boetebeschikking.